Maandag 12 februari 2024

Gebed

Christus met mij, Christus voor mij,
Christus achter mij en Christus in mij,
Christus onder mij en Christus boven mij,
|Christus rechts, Christus links,
Christus als ik lig, als ik zit en als ik opsta,
Christus in het hart van ieder aan wie ik denk,
Christus in de mond van ieder die over mij spreekt,
Christus in elk oog dat mij ziet, in elk oor dat mij hoort.
Verlossing is van de Heer.
Redding is van Christus.
Moge uw verlossing, Heer, altijd met ons zijn.

Patricius (Saint Patrick) was een missionaris en bisschop in Ierland, actief in de vijfde eeuw. Dit beroemde gebed dat hij uitsprak geeft zijn verlangen weer om Jezus beter te kennen, en voortdurend omgeven te zijn door Zijn liefde.

 Overdenking

Soms ben ik als een kind in het duister,
In mijn angst weet ik nauw’lijks waar ik het zoeken moet
De wind is guur en het licht lijkt gedoofd en verdwenen
Het is de razende storm die mijn hart beven doet.

Maar daar te midden van een inktzwarte nacht
Hoor ik een stille stem en wordt mij gegeven
Dat ik weet dat ik Vaders hand weer pakken mag,
Zijn hand die leidt naar het licht en het leven.

Plichten stuwen me voort, mensen zijn hard,
O Heer, soms ben ik bang om verder te gaan.
Want het leven is moeilijk, de tocht eindeloos zwaar,
ik weet zo verschrikkelijk weinig om stevig te staan.

Maar toch hoor ik dan weer die troostrijke stem
Die me moed geeft in mijn strijd en mijn streven
De stem die me spoort dat ik Vaders hand pakken mag,
Zijn hand die mij leidt naar het licht en het leven.

Er was eens een donkere kerker waar een nietig klimopstengeltje in een vochtige cel tussen de stenen was uitgekomen. Er viel natuurlijk geen regen op, er was geen dauw om het plantje te bewateren. De enige voeding voor de bleke bladeren kwam van de schimmelige vochtigheid van de cel. Maar toen werd het lente en priemde er een kleine zonnestraal door het traliewerk die het bleke plantje bereikte en er iedere dag een uurtje op scheen. Wat een verschil maakte dat. Er begon leven te komen in de wortels en langzaam begon het plantje zijn hoofd op te heffen en te groeien. Voorzichtig klom de klimop naar boven langs de muur en uiteindelijk duwde het zich door de tralies naar buiten waar het zich de hele dag koesterde in de zomerzon. Toch was de klimop nog niet tevreden, maar bleef maar groeien en groeien, totdat het de hele buitenmuur bedekte en de bewondering oogstte van iedereen die langskwam.

Zo is het ook wanneer het licht van goddelijke liefde op een eenzame, verloren mens valt, zelfs als die leeft in de donkerste kerker van zondige verloedering. Ieder mens die zich voor Gods warmte openstelt voelt onmiddellijk iets bijzonders. Er komt leven en hoop. Liefde en licht. En dan begint zo’n mens te groeien, net als de nietige, bleke klimop, terwijl hij zich voedt en koestert in de gezegende zonneschijn van God. De kille, nauwe cel van het ongeloof is verdwenen. Het is als een opstanding en als hij in het zonlicht blijft groeit zo’n mens uit tot een plant van glorieuze schoonheid, vol met vruchten van heiligheid en heerlijkheid. Menselijke filosofie kan nuttig zijn, maar het kan geen leven teweegbrengen in een dode ziel. De wetenschap verricht wonderen en verbindt de mens door haar technologie. Maar wetenschap en filosofie hebben hun grenzen en zijn nog nooit in staat geweest om leven in dode materie voort te brengen. Het opwekken van een dode ziel is een taak die alleen aan Christus is voorbehouden en een taak die Hij met zoveel liefde wil volbrengen. Wie in Hem gelooft heeft eeuwig leven.

Uit: Glimpses through the window of life

Deze week nieuw op de site

“Jezus houdt niet van me,” zei de man. “Mijn lijden is groot. De strijd is oneerlijk en God staat ver van me af.” Het is een veelgehoorde kreet die zeker niet alleen wordt uitgesproken door ongelovige mensen. Vaak is God de eerste die de schuld krijgt. Maar het geloof werkt maar zelden met logica.
Lees meer

“Nooit,” zei de vader, net zo koppig als zijn zoon. “Ik vergeef het je nooit. Je zoekt het maar uit.” Maar dat brak het hart van de moeder.
Lees meer

En dan zie ik de mens Petrus die zich voor Jezus op de grond gooit en zegt: “Ga weg bij mij, Heer, want ik ben een zondig mens.” Opeens wist Petrus wie er voor hem stond. Het was de Heer en zijn eerste gevoel was er een van vrees en ontzag…
Lees meer

Spreuk van de week

Geloof is de sterke kracht die elke moeilijkheid overwint in de kracht van de Heer die hemel en aarde gemaakt heeft.
Corrie ten Boom

 Het materiaal waar God Zijn wonderen mee doet is afkomstig uit de puinhopen die worden achtergelaten door onze fouten.
Kerkbord

 Niemand heeft ooit God gediend door dingen uit te stellen tot morgen. Als we Christus willen eren en dienen doen we dat door de dingen te doen die we vandaag kunnen doen.
Onbekend

 Het is onmogelijk voor een mens om te wanhopen als hij zich herinnert dat zijn Helper almachtig is.
Jeremy Taylor

 Om over na te denken

Op een dag, toen mijn zoon en ik aan het klimmen waren in de rotsen, hoorde ik boven me opeens een stem die schreeuwde: “Hé pap! Vang me!”

Ik draaide me verbaasd om en zag mijn zoon blij van een rots afspringen, recht op me af. Hij was van een rots afgesprongen en riep nog: “Hier kom ik.”

Ik werd meteen een deel van de circusstunt en ving hem met grote moeite op. Door de schok rolden we allebei over de grond, maar we kwamen er goed vanaf zonder kleurscheuren. Nadat ik van de schok bekomen was en mijn stem had teruggevonden, hijgde ik geërgerd: “Zoon … Kun je me één goede reden geven waarom je dat deed?”

Hij reageerde met opmerkelijke kalmte: “Tuurlijk…omdat je mijn vader bent.” Zijn hele zekerheid was gebaseerd op het feit dat zijn vader betrouwbaar was. Hij kon het leven tot het uiterste leven omdat ik te vertrouwen was. Terwijl ik hem sindsdien heb duidelijk gemaakt dat dit wellicht niet de beste manier is om samen de rotsen te beklimmen is het idee blijven hangen. Zouden ook wij niet met net zoveel vertrouwen in de handen van Jezus moeten springen? Hij laat ons niet vallen, want Hij is toch onze Vader?

Uit het boek Holy Sweat van Tim Hansel

Een van de uitdagingen waar we in dit leven mee te maken krijgen is, dat we door de omstandigheden vaak verleid worden ons voornamelijk te concentreren op onze noden van het moment, waardoor we de grotere, hemelse visie uit het oog kunnen verliezen. Realiseren we ons eigenlijk wel hoe enorm gezegend wij vandaag al zijn?

De Heer zegt dat Hij onze geneesheer is, onze kostwinner en onze beschermer. Hij is onze Herder en vriend die ons draagt, verfrist en vernieuwt. Hij onderwijst ons alsof wij zijn privéleerlingen zijn en Hij is de genadevolle Vergever. En toch vallen we telkens weer terug in onze gewoonte om gespannen op onze nagels te bijten uit angst dat God ons deze keer over het hoofd zal zien en Zijn beloften niet zal nakomen. Is het verwonderlijk dat Jezus zich in de bijbel soms verbaasd afvroeg waarom wij zo’n klein geloof hadden?

Our daily bread ministries

Als je ‘s avonds naar bed gaat, dan weet je als kind van God al zeker dat je de volgende dag opnieuw gezegend zult worden. Elke morgen staat er weer een nieuw pak met zegeningen voor je klaar, zegeningen en wonderen die de Vader bij je bed heeft neergezet en die jij mag uitpakken. Eerlijk is eerlijk, die zegeningen hebben niets te maken met jouw eigen kracht. Zelf kun je die zegeningen niet ontwerpen. Ze worden ons gegeven, als een geschenk van de Vader die ons liefheeft. Dat begint al op het moment dat je je ogen opent en weer kunt ademen en je bed uit kunt klimmen. Heel gewoon toch zeker? Tot op de dag dat je misschien je bed niet uit kunt komen en opeens weet wat een wonder het is dat je mag leven, denken en doen.

Als je achter de schermen zou kunnen kijken, zou je zien dat God je meer wil zegenen dan jij gezegend wilt worden. Dat is reden tot dankbaarheid.

Bijbelstudie

Korte Bijbelse overdenking met passages uit de Bijbel
Lees meer

 Uit het archief van Spurgeon

Wees tevreden als je vandaag geen grote naam hebt en je leven onbekend lijkt. Maak je geen zorgen tijdens die vermoeiende weg door dit leven. Soms doorkruis je de velden van armoede of probeer je uit te rusten op de heuvels van ellende, maar heb goede moed, want dit leven is slechts het voorportaal van de hemel. De tijd komt waarop je zult heersen met Christus, want Hij heeft ons “gemaakt tot koningen en priesters voor God,” en het is Zijn plan dat wij met Hem zullen heersen voor eeuwig en altijd.

Uit de schatkist van het verleden

De evangelist F.B. Meyer (1847-1927) vertelt het verhaal van twee bergbeklimmers die de Matterhorn wilden beklimmen. Ze huurden drie gidsen in en begonnen hun beklimming op het steilste en gladste deel. De mannen bonden zich aan elkaar vast in deze volgorde: gids, reiziger, gids, reiziger, gids. Ze waren nog maar een klein stukje omhoog toen de laatste man zijn houvast verloor. Hij werd tijdelijk overeind gehouden door de andere vier, omdat ze ieder een stevige plaats voor hun bergschoenen in het ijs hadden uitgehouwen. Maar toen gleed ook de volgende man uit en hij trok de twee boven hem mee naar beneden. De enige die nog stevig standhield was de eerste gids. Die had zijn priem zo diep in het ijs gestoken dat die de anderen vasthield en hen alle vier hielp om weer in veiligheid te klimmen.

F.B. Meyer sloot zijn verhaal af met een belangrijk principe. Hij zei: “Ik ben als één van die mannen die uitgleed. Bij de beklimming van dit leven krijg ik mijn priem nooit diep genoeg in het ijs om mij zelf veilig te houden. Maar ik klim niet alleen; ik ben verbonden met mijn dierbare Gids die het juiste gereedschap heeft en weet hoe Hij mij moet leiden. Omdat Hij staat, zal ik nooit verloren gaan.”

***

De laatste woorden van Calvijn vlak voor hij stierf in 1564

Het blijkt Gods wil te zijn dat je mij overleeft. Denk dan aan onze vriendschap. Die was zo goed voor Gods kerk en we zullen de vruchten ervan plukken in de hemel. Ik wil niet dat je door mij vermoeid raakt. Ik haal nog maar moeizaam adem en verwacht elk moment mijn laatste adem uit te blazen. Het is goed zo. Het is genoeg om te weten dat ik geleefd heb voor Christus en voor Hem ook mag sterven. O, wat is Hij voor al Zijn volgelingen kostbaar, een steun en toeverlaat zowel in het leven als in de dood.

Dat is grappig

Toen God de ezel had geschapen zei Hij tegen hem: “Jij zult onophoudelijk werken van zonsopgang tot zonsondergang en lasten op je rug dragen. Je zult gras eten, je zult niet erg slim zijn en je zult zo’n 50 jaar leven.” De ezel antwoordde: “50 jaar werken met lasten en gras? Dat is wat te veel van het goede. Geef mij liever 20 jaar.” En God zag dat het goed was en vervulde zijn wens.

Toen schiep God de hond en zei tegen hem: “Ik denk dat Adam jou ‘hond’ gaat noemen. Je zult het huis van de mens bewaken, zijn beste vriend zijn en de restjes eten die de mens je geeft en je zult 25 jaar leven.” De hond antwoordde: “25 jaar met restjes? Dat is wat te veel van het goede. Geef mij liever 10 tot 15 jaar.” En God zag dat het goed was en vervulde zijn wens.

Toen schiep God de aap en zei tegen hem: “Ik heb zo’n idee dat Adam jou aap gaat noemen. Je zult van tak naar tak slingeren en kunstjes doen en heel grappig zijn. Je krijgt van mij 20 jaar om dat te doen.” En de aap antwoordde: “Dat is heel vriendelijk, maar dat lijkt me wat lang. 20 jaar kunstjes is wat te veel van het goede. Geeft U me maar 10 jaar.” En God zag dat het goed was en vervulde zijn wens.

Uiteindelijk schiep God de man en zei tegen hem: “Je zult een mens zijn, het enige rationele schepsel op aarde. Je zult je intelligentie gebruiken om meester te worden over alle dieren. Je zult de wereld beheersen en je zult 20 jaar leven.”

De mens keek verbaasd en hakkelde: “20 jaar maar? Da’s ook niet veel om de meester te zijn over alles. Maar als U mij nou eens die extra jaren geeft die de ezel, de hond en de aap weigerden en die bij mij optelt … dan zal ik tevreden zijn.” En God dacht er lang over na, haalde tenslotte Zijn schouders op en zei: “Goed dan. Jij krijgt de extra jaren.”

En sindsdien leeft de mens 20 jaar als man. Dan trouwt hij en brengt hij 30 jaar door als een ezel, die van zonsopgang tot zonsondergang werkt en alle lasten op zijn rug draagt. Als zijn kinderen dan het huis uit zijn, leeft hij 15 jaar als een hond die voor het huis zorgt en alle restjes eet die hem gegeven worden. Dan, als hij oud is geworden kan hij nog 10 jaar als een aap leven, waarbij hij naar de huizen van zijn kinderen gaat om zijn kleinkinderen met zijn trucjes te vermaken!

Laat een bericht achter:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier