Een lelie in het dal
Voor veel mensen is de figuur van Jezus een prachtig onderwerp voor een schilderij, een voorbeeld van een mens waar je een mooi verhaal over kunt schrijven, een symbool van goedheid, of een inspiratie voor het schrijven van een lied, maar daar houdt het helaas mee op. Zoals een schimmige droom die verdwijnt op het moment dat de slaper zijn ogen opendoet, zo vervliegt ook de gedachte aan Jezus op het moment dat de wereld op de deur van het hart klopt en alle aandacht opeist.
Maar zo is het niet met de mens die zelf de stem van Jezus gehoord heeft, die Zijn vergeving aan den lijve heeft ondervonden, en wiens ogen de heerlijkheid van Zijn aanwezigheid hebben aanschouwd. Voor die mens is Jezus niet slechts een schone gedachte, maar de muziek van het hart. Hij is de warmte, de troost, de inspiratie en de zalving die zin geeft aan het leven en Hij is de bron van de hoop. Hij is de vriend die ons nimmer verlaat of teleurstelt en die ons hoog houdt wanneer anderen ons naar beneden proberen te halen. Wij kunnen Hem niet overbelasten. Hij wordt nooit moe van ons geklungel en vraagt telkens weer om Hem deelgenoot te maken van alles wat ons bezighoudt en dwars zit. Hij is de herder die altijd klaar staat om ons te leiden en te onderwijzen. Hij benadert ons altijd met dezelfde liefde, werpt ons dezelfde glimlach toe, heeft medelijden met dezelfde barmhartigheid, en ontfermt zich over ons met eeuwige trouw.
Dat is Jezus. Er is geen naam zo groots en zo verheven als de Zijne. De naam van Jezus klopt vol bruisende levenskracht. Zijn adem is als kostbaar parfum en Zijn ogen stralen met barmhartigheid.
Zijn hart huilt mee met alle smart, en voelt iedere pijn. Hij buigt zich neder om zelfs de kleinste angst te vermorzelen en Zijn enige doel is het geven van Gods liefde.
Wie kan het dakloze weeskind verzorgen zoals Jezus dat kan? Wie kan een verloren zoon verwelkomen in het huis van de Vader zoals Jezus dat kan? Wie kan de dronkaard helpen om een nieuw leven te beginnen zoals Jezus dat kan? En wie kan een begraafplaats laten stralen met het licht van de eeuwige hoop? Hij, de Zoon van God, verandert een gevallen vrouw in een koningin, een bruut in een zachtmoedige herder, en Hij vangt de tranen van het menselijk lijden in Zijn kelk op om ze om te vormen en opnieuw uit te strooien als levengevend zaad op de akkers van een dor, ontmoedigd mensenhart.
Ik worstel om de gelijkenis met Jezus op de juiste manier onder woorden te brengen, maar schiet hopeloos tekort. Hij is niet als de muziek van het orkest dat losbarst als het concert begint, want dat is te luid. Hij is ook niet als het haast onhoorbare geluid van de mier die over het bospad zeult met een grassprietje dat vele malen groter is dan hijzelf. Dat is veel te zacht. Hij is ook niet zoals de woedende golven die tegen de rotsen slaan in een storm of zoals de bliksem en donder die de vallei opschrikken. Dat is veel te onstuimig… en toch is Hij deze dingen ook.
Maar bovenal is Hij de lelie der dalen en de roos van Saron uit het Hooglied van Salomo: “Ik ben een narcis uit Saron, een lelie in het dal. En als ik naar mijn allerliefste kijk te midden van andere meisjes, zie ik een blanke lelie tussen distelstruiken.”
Dat is Jezus voor jou en voor mij.
Naar een preek van Billy Sunday.