Maandag 19 augustus 2024
Gebed
O Heer, moge deze week voor ons een week vol zegen worden. We willen de wereld zo goed als dat kan buitensluiten, maar daar hebben we Uw hulp voor nodig. We moeten ons begeven in de drukte van het bestaan, maar helpt U ons om met U te lopen, Uw hand vast te houden en U deze week te behagen. Heer, ik vraag U om mij stil genoeg te maken dat ik Uw zachte stilte mag horen zodat ik die woorden van liefde die U tot ons spreekt mag herkennen. Onze gedachten zijn zo vaak verward en we worden zo snel afgeleid door de zorgen van de week. Geef ons Uw vrede en zorgt U dat alle zorgen en angsten uit onze harten worden weggenomen. Moge onze liefde voor U versterkt worden, zodat we de liefde van de wereld kunnen verdrijven en Uw liefde aan diezelfde wereld mogen tonen.
Amen
Uit: Prayers J.R. Miller
Jaren geleden was ik te gast bij vrienden die schapen hielden. Het was lammertijd en elke ochtend gingen we naar buiten om de lammetjes – dat waren er honderden – op het grasveld te zien spelen. Maar op een gegeven moment schrok ik toen ik een oude ooi over de weg zag lopen, gevolgd door het vreemdste lam dat ik ooit had gezien. Het leek wel alsof dat beestje zes poten had en de huid leek gedeeltelijk van het lichaam te zijn gescheurd. Dat was niet normaal en dat arme beest moest wel vreselijk lijden.
Maar een van de herders nam de moeite om het me uit te leggen en bracht het lammetje naar me toe zodat ik het van dichtbij kon zien.
Het bleek dat het lam niet echt van die ooi was. Ze had een lam gehad dat door een ratelslang was doodgebeten en dit lam was een wees en had de zorg van een moeder nodig. Maar de berooide ooi weigerde er iets mee te maken te hebben. Ze had aan het arme lammetje gesnuffeld toen de herders het naar haar toe hadden gebracht zodat ze ervoor kon zorgen, maar ze duwde het weg en leek in schapentaal te zeggen: “Nee hoor, dat is mijn lam niet. Weg ermee. Dat is niet onze familiegeur!”
Toen vilden de herders het lammetje dat door de ratelslang was doodgebeten en trokken heel voorzichtig de vacht van het dode lam over het levende beestje, waardoor het ook leek alsof ze meer poten had. Zo bedekt werd het lam weer naar de ooi gebracht. Ze rook er nog eens aan, leek dit keer heel tevreden en nam het direct aan als haar eigen lam.
Het leek me een prachtig beeld van de genade van God voor zondaars. We zijn allemaal verstotenen en kunnen geen aanspraak maken op Zijn liefde. Maar Gods eigen Zoon, het “Lam van God dat de zonde van de wereld wegneemt,” is voor ons gestorven en nu zijn wij die geloven gekleed in de vacht van het Lam dat stierf en dragen nu de geur van God met ons mee. God heeft ons in Hem aangenomen en zijn voor de Vader even dierbaar als Zijn eigen heilige, smetteloze Zoon.
Zo dierbaar, zo heel dierbaar voor de Heer,
Dierbaarder kan ik gewoon niet zijn;
De liefde waarmee Hij Zijn Zoon liefheeft,
Is dezelfde liefde die mij trekt naar Zijn domein.
Zo dichtbij, zo heel dicht ben ik bij God,
Dichterbij kan ik gewoon niet zijn.
Uit: Illustrations of Bible Truth by H. A. Ironside
Deze week nieuw op de site
Op een dag stond ik met mijn moeder in de keuken toen we door het raam een oude man zagen die vermoeid tegen ons tuinhek stond geleund. Hij had zijn fiets bij de hand, maar was klaarblijkelijk aan het einde van zijn latijn. Opeens realiseerde ik me dat hij ons aan het roepen was.
Lees hier verder
Vraag het eens aan de adelaar. Verlangt die machtige vogel die hoog boven de bergen door het luchtruim scheert en zich baadt in het stralende zonlicht dat schittert op zijn vleugels, nog steeds naar zijn kooi in de schemerige aardse omgeving beneden? Natuurlijk niet.
Lees hier verder
Een fotograaf had eens gehoord dat er in een groot woud heel wat mooie foto’s te maken waren van de dieren in het wild. Dat leek hem wel wat en zo stapte hij op een zonnige dag goed gemutst met zijn lenzen en dure apparatuur de bossen in.
Lees hier verder
Spreuk van de week
Roddel is de meest dodelijke microbe. Hij heeft geen poten of vleugels, maar bestaat volledig uit praatjes en de meeste daarvan hebben sterke angels die hun gif rondspuiten.
Morris Mandel
Anderen hebben vooroordelen, maar bij mij heten die standpunten. Anderen zijn verwaand, maar bij mij is het zelfrespect. Als jij tijd besteedt aan je persoonlijke uiterlijk, is dat ijdelheid; bij mij is het gewoon het beste maken van mijn door God gegeven mogelijkheden. Jullie zijn allemaal lichtgeraakt, maar ik ben gevoelig. Jullie zijn angstig en bezorgd, maar bij mij is het betrokkenheid.
Uit: Our Daily Bread
De hemel is de aanwezigheid van God.
Christina Rossetti
Kom en drink een lekkere kop thee met mij
Mijn huis is warm en je vriendschap maakt me blij.
Emily Barnes
Om over na te denken
De dichter Emerson zei eens dat als de sterren maar één keer per jaar tevoorschijn zouden komen, iedereen de hele nacht zou opblijven om het wonder te aanschouwen. Maar nu doen we dat niet. We hebben de sterren zo vaak gezien dat we niet meer de moeite nemen om ernaar te kijken. Zo raken we ook gemakkelijk gewend aan onze zegeningen. Een ander voorbeeld?
Zo had God het volk van Israël tijdens hun tocht in de wildernis elke ochtend met hemels manna gevoed en toch werd het volk het beu. “Er is helemaal niets te eten behalve dit… manna.”
Niets dan manna? Gods volk ervoer elke ochtend een wonder van Gods voorziening, maar toch waren ze dat manna goed zat en begonnen ze te klagen en te mopperen.
Een van de indicaties dat we onze zegeningen over het hoofd zien is een geest van kritiek en klacht. In plaats van God te danken voor wat we hebben, klagen we over van alles en nog wat en vertellen we God uitgebreid dat we graag iets anders hebben.
Je kunt er eigenlijk wel zeker van zijn dat als God ons dat zou geven waar we om vroegen, we daar uiteindelijk ook over zouden klagen. Iemand die gewend is geraakt aan zijn zegeningen zal nooit tevreden zijn. Laat ons voor zo’n ondankbare houding waken.
Warren Wiersbe uit: God isn’t in a hurry
Je hebt toch wel gehoord over die keer toen de duivel op de rommelmarkt stond om zijn oude troep te verkopen, omdat hij vond dat zijn spulletjes nodig vernieuwd moesten worden? Alles stond uitgestald en er hingen prijskaartjes aan en een uitleg over wat het precies was. Er stonden verschrikkelijke dingen bij. Er lag haat, lust, moord en nog een aantal van zulke zaken. Maar aan het einde van zijn tafel lag een stuk gereedschap dat duidelijk meer versleten was dan de andere spulletjes. Het was ook veel hoger geprijsd, maar er stond verder niets bij. Iemand vroeg de duivel wat dat was en hij zei: “Dat is het wapen van ontmoediging.” “Maar,” vroeg de ander weer, “waarom is het zo duur?” “Omdat,” antwoordde de duivel, “niemand doorheeft dat het mijn wapen is en ik achter elke vorm van ontmoediging zit!”
Onbekend
Gedachten over de dood
Er wordt een aards lichaam gezaaid, maar er staat een geestelijk lichaam op. Want net zoals er een aards lichaam bestaat, bestaat er ook een geestelijk lichaam.
1 Corinthiërs 15:44
“Lichaam, jij en ik zijn lange tijd samen geweest in een zeer intieme en waardevolle relatie. Nu ben je oud geworden. Je gehoor en kracht nemen af. Je weerstand tegen kou neemt af. Je kunt niet meer zo goed klimmen en rennen als vroeger. In één woord, je bent aan het aftakelen. Over niet al te lange tijd zul je niet meer ademen en zal je hart stoppen met kloppen. Wanneer je niet meer verder kunt, zul je teruggaan naar de grond waarvan je gemaakt bent en zal ik verdergaan in dat leven waar je niet meer nodig bent.
Een Kracht die groter is dan jij en ik zette ons samen op deze reis. Nu weten we beiden dat jouw reis bijna ten einde is, terwijl mijn reis nog maar net begonnen is. Ik weet dat dit waar is, want terwijl jij zwak bent, ben ik nog nooit zo levend geweest. Onze scheiding is er daarom niet een van verdriet, maar een van grote vreugde. Jij bent moe en wilt stoppen en ik verlang ernaar om uit dit vertragende voertuig te stappen en zonder jou verder te gaan.”
Onbekend
Een boer nam zijn zoontje mee naar een ver dorp. Onderweg kwamen ze bij een snelstromende beek met een gammele oude brug er overheen en het jochie was doodsbang, ook al was het daglicht. Toen ze in de schemering terugkwamen, herinnerde de jongen zich de beek en de oude brug en raakte hij in paniek. Hoe zouden ze in het donker die schuimende beek kunnen oversteken? De vader merkte zijn angst op, tilde de jongen op en droeg hem in zijn armen over de brug. Voordat ze de brug bereikten, sliep het kereltje vast tegen de schouder van zijn vader. Toen de volgende ochtend de zon door zijn slaapkamerraam scheen, werd de jongen wakker en ontdekte hij dat hij veilig thuis was. Zo is het ook bij de dood. De gelovige valt in slaap in de armen van de Heiland om te ontwaken in Gods heldere land zonder nacht en zonder angst.
Onbekend
Daily Light
Zalig zijn zij die hun genoegens vinden in de weelde van de Bijbel!
* Zij communiceren met de geest van God.
* Ze luisteren naar een hemelse stem.
* Ze koesteren zich in stralen van het zuiverste licht.
* Zij voeden zich in gezonde weiden van verfrissing.
* Ze vrezen geen vergif van het onkruid van dwaling.
De Geest, als grote Leraar van de Kerk, onderwijst ons. De lessen zijn zo diep als de mijn waaruit ze voortkomen en zo zuiver als de gewesten waar ze naartoe wijzen. De Geest ontvouwt Jezus voor ons en laat ons delen in al Zijn heerlijkheid en verlossende liefde. Zijn heiligheid is de enige weg naar de heilige Hemel.
Lezer, bestudeer de Bijbel dus als een schat voor je ziel en met ernstig gebed, want in de Bijbel wordt de eeuwigheid voor ons uitgespreid. Bestudeer het Woord met de nederigheid van een arme zondaar die zich neerbuigt voor een sprekende God.
Henry Law
Klik hier voor een korte Bijbelstudie uit de Daily Light
Uit de schatkist van het verleden
Het verhaal gaat dat toen de beroemde zendeling, Dr. David Livingstone, aan zijn trektocht door Afrika begon, hij 73 boeken meedroeg verdeeld over drie grote pakken die elk zo’n 60 kg wogen. Nadat de groep 300 mijl had afgelegd moest Livingstone een aantal boeken weggooien. De dragers konden het gewicht gewoon niet aan. En zo werd zijn bibliotheek steeds kleiner. Uiteindelijk had hij nog maar één boek over en dat was zijn Bijbel. En dat boek was genoeg want het bevatte alles wat hij nodig had.
Da’s triest …
“Kom nu naar de woonkamer, kinderen. We moeten jullie iets vertellen.” Zo vertelden onze ouders ons dat ze niet meer samen wilden blijven. Nadat ze ons hadden verteld dat ze gingen scheiden verstopte ik me, ik was toen zes jaar, onder de tafel en terwijl de woorden die mijn vader had uitgesproken steeds opnieuw door mijn hoofd spookten wist ik niet goed wat het allemaal betekende, maar dat leerde ik snel. Nadat papa was vertrokken, doorzocht ik de laden waar hij vroeger zijn kleren bewaarde en vond ik een oud sweatshirt dat hij had achtergelaten. Ik verstopte het in mijn kamer en bewaarde het jarenlang om me eraan vast te klampen als ik eenzaam was en naar hem verlangde.
Vader kwam een paar keer terug om ons te bezoeken, maar zijn bezoekjes werden steeds minder frequent. Uiteindelijk hielden zijn bezoekjes helemaal op. Ik vroeg me altijd af waar hij heen ging en hoopte maar dat hij veel aan ons dacht. Of hij dat ook deed zal ik waarschijnlijk nooit weten.
Menselijke liefde kan tekortschieten en wat doet dat een pijn. Onze hemelse Vader laat ons echter nooit los. Vertrouw op Zijn Woord en op Zijn beloften. God heeft gezegd: “Ik zal je nooit in de steek laten. Ik zal je nooit verlaten.”
Uit: Always Daddy’s Girl, by H. Norman Wright,
Een glimlach …
Een astronoom die op weg was om een lezing te geven, ontdekte dat zijn stoelgenoot in het vliegtuig een predikant was. Vroeg in het gesprek verzekerde hij de geestelijke dat hij alles wist over religie wat hij moest weten dus een gesprek over het geloof was niet nodig. De predikant toonde zich verheugd en vroeg waar de wetenschapper godsdienst had gestudeerd en hoeveel hij de Bijbel had gelezen.
“O, nee,” antwoordde de astronoom, “ik heb nooit theologie gestudeerd, en ik lees de Bijbel ook niet, maar ik ken de Gouden Regel, en ik denk dat meer dan genoeg religie is voor mij.”
“Nou, op die basis,” verklaarde de predikant, “denk ik dat ik ook alles weet over astronomie.”
“O ja,” spotte de wetenschapper. “Wat weet je dan over de kosmos?”
De predikant had een twinkel in zijn ogen en begon zacht een kinderliedje te zingen:
Als de sterren flonkerend aan de hemel staan
Aan alle kanten van de bol
Dan zit daar de hemel
Boven je, zo hoog.
En als die hemel donkerzwart is,
Zie je ze;
Honderden, duizenden, één voor één.
Sterren flonkeren in de nacht.
Dat is grappig
De jurist en staatsman Daniel Webster was een krachtig redenaar, maar hij, net als ieder ander mens, was verre van volmaakt, wat blijkt uit een anekdote uit zijn jeugd. Op een dag liet Websters vader, die op reis moest, specifieke werkinstructies achter voor Daniel en zijn oudere broer Ezechiël. Maar toen hij terugkwam was er niets gedaan en hadden de twee broers gelanterfanterd en geluierd.
“Wat heb je gedaan, Ezechiël?” vroeg hij.
“Niets, vader.”
“Wel, Daniel,” vroeg vader Webster aan Daniel, “en jij dan, wat heb jij gedaan?”
“Zeke geholpen, vader.”
***
De kat was overreden door een auto en moeder ontdeed zich snel van de resten voordat haar vierjarige zoontje Billy erachter kwam dan het lieve beest dood was. Maar na een paar dagen vroeg Billy dan toch naar de kat.
“Waar is Minet?”
“Het spijt me Billy,” hakkelde moeder. “Minet is helaas overleden. Maar …, ” zo zei ze er direct achteraan, “Het is helemaal niet erg, want Minet is nu bij God in de hemel.”
Daar snapte Billy niets van. Hij fronste zijn wenkbrauwtjes en vroeg: “Maar wat moet God nou met een dode kat?”