Maandag 15 januari 2024

Een gebed

Lieve Heer, soms lijkt het alsof onze dagen hier op aarde gevuld zijn met beproevingen, maar ik richt mijn blik op U en Uw troostrijke Woord. Dankzij het geloof dat U mij gegeven heeft kan ik vol vertrouwen doorgaan op de nauwe weg die naar het leven leidt. En wat een zegen om te weten dat het uur der verlossing binnenkort zal aanbreken en wij gaan genieten van de rust en vreugde in Uw hemelse rijk. Ik vraag U mij te helpen om dapper door te stappen en mij vast te houden aan die geweldige gedachte dat ik door U geschapen ben om van de hemel te genieten. Ik weiger hier op aarde rond te kruipen in angst en onzekerheid of mij vast te klampen aan een aards houvast dat in de tijd van storm niet meer blijkt te zijn dan een stuk vermolmd hout dat afknapt op het moment dat ik er echt op probeer te leunen. Ik ben niet gemaakt voor deze wufte aarde met haar vergankelijke goederen die mijn hart nooit ten volle zullen kunnen bevredigen, maar ik ben bestemd voor een oneindig en eeuwigdurend geluk. Laat de gedachte aan de Hemel mijn vuurbaak zijn die mijn schreden verlicht en mijn leven inspireert. U bent mijn balsem, U heelt mijn wonden en U geeft mij de kracht om de zegepraal te behalen. Dank U, mijn liefdevolle Vader. Amen

Bewerkt stukje uit: Naar de hemel. Handboek voor godvruchtige zielen (1900)

Ik zeg dit niet omdat ik iets tekort kom, want ik heb geleerd onder alle omstandigheden tevreden te zijn met wat ik heb, of het nu veel of weinig is.
Filippenzen 4:11

Er was eens een rijke dame met een hart voor een arme familie bij haar in de stad en dus gaf ze de moeder van het gezin elke maand wat geld zodat ze iets te eten hadden. Maar op zekere dag vertelde een knorrige oude buurman haar dat die lieden haar geld helemaal niet nodig hadden en ze de boel bedrogen.

“Hoe bedoel je dat?” vroeg de rijke dame verbaasd.

“Ik kwam laatst langs hun optrekje en hoorde door het open raam wat de kinderen van die vrouw zeiden. ’Marietje, geef mij het vispannetje met de roomsaus en sjalotjes eens aan.’”

“Vispannetje met roomsaus?” vroeg de vrouw ongelovig.

“Ja, en het werd nog erger,” brieste de zure man. “Toen antwoordde haar zusje: ‘Dat is goed, Annie. Maar geef mij dan een stukje van de kogelbiefstuk met zwarte inktvispasta.’ Mevrouw, dat gezin eet beter dan mijn vrouw en ik. Ze bedotten u gewoon en u moet die maandelijkse bijdrage per direct stoppen.”

De vrouw besloot zelf eens een kijkje te nemen en ging rond etenstijd langs het hutje van de arme mensen. En inderdaad, toen ze aandachtig luisterde hoorde ze het ene zusje tegen het andere zeggen: “Dat was lekker, Annie. En nu nog ons toetje. Wil jij crème brûlée of liever een stuk verse chocoladetaart?”

De vrouw had genoeg gehoord en stormde boos de kale ruimte van de arme familie binnen. Haar mond zakte open van verbazing toen ze de sjofel geklede zusjes zag met een stuk verschaald brood voor zich en een half beschimmelde wortel. “Wat is dat voor onzin over crème brûlée en taart,” hakkelde ze. “Ik zie geen taart.”

“Nee mevrouw. We hebben geen taart,” antwoordde een van de meisjes. “Maar ziet u, zelfs een oude wortel smaakt heel goed als je je inbeeldt dat het kogelbiefstuk is en een stuk oud brood smaakt geweldig als je je voorstelt dat het een stuk chocoladetaart is.”

Na die dag verhoogde de dame de maandelijkse bijdrage.

Deze week nieuw op de site

Het hart van de mens is altijd rusteloos. Maar nu meer dan ooit. Het lijkt haast alsof mensen bang zijn voor stilte en eenzaamheid. Ze lijken een stilzwijgende afspraak te hebben gemaakt om elkaar te helpen om de stilte maar vooral te vermijden. En ook wij christenen worden diep getroffen door de luidruchtigheid van onze tijd.
Lees meer

In een prachtig muziekstuk zit ook veel rust. Maar rust wordt niet gevonden als elk instrument in het orkest opeens ophoudt met spelen. Rust ontstaat juist als elk instrument dat deelneemt, speelt wat het moet spelen. Het resulteert in rijke muziek en een volmaakte harmonie.
Lees meer

Het Evangelie van genade begint en eindigt met vergeving. Genade is de enige kracht in het universum die sterk genoeg is om de ketenen te verbreken die iedere generatie opnieuw weer in zijn greep houdt.
Lees meer 

Spreuk van de week
Gebed is de adem van de ziel waardoor we Jezus in onze uitgedroogde en verdorde harten ontvangen. Hij zegt: “Als iemand de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen.” Jezus wil binnenkomen bij ieder mens die Hem de toegang niet weigert. De beste definitie van gebed is wat mij betreft dan ook: “Het toelaten van Jezus in ons hart.”
Ole Hallesby

Een agnost zat in de problemen en een vriend stelde hem voor om te bidden.  “Hoe kan ik bidden als ik niet weet of er een God is of niet?” vroeg hij geïrriteerd. “Als je verdwaald bent in een donker woud vol wolven en beren,” antwoordde zijn vriend, “wacht je toch ook niet tot je iemand tegenkomt voordat je luid om hulp roept?”
Dan Plies

 Hoe dat komt weet ik niet, maar het blijkt telkens weer dat de vriendelijkste mensen degenen zijn die vergeven en vergeten. Misschien heeft God wel gelijk.
Onbekend

Om over na te denken

Er is een verhaal van een jonge elektricien die zich met hart en ziel aan God had overgegeven en besloot om zijn werk te doen alsof God hem zelf had gevraagd om de elektriciteit in de hemelse huizen aan te leggen. Dat moest goed gebeuren en daar nam hij alle tijd voor. Zo werkte hij nauwgezet en vol enthousiasme om de beste leidingen te leggen die er maar mogelijk waren.

 

Maar de baas was niet blij. Zijn collega’s werkten veel sneller en kregen twee keer zoveel werk gedaan in dezelfde tijd. Dus werd de jonge elektricien bij de baas op het matje geroepen en werd hij uitgescholden omdat hij zo langzaam werkte. “Hoe kan dat?” schreeuwde de baas. “Wij hebben veel te doen maar jij loopt de kantjes er af.”

“Helemaal niet,” antwoordde de jongeling. “Ik doe juist mijn uiterste best, vooral als het gaat om het leiding werk onder de vloer. Dat moet perfect zijn.”

“Niemand ziet onder de vloer,” brulde de baas terug.

“Jawel,” antwoordde de jongeling vol overtuiging. “God ziet alles en dus ook onder de vloer.”

De jonge elektricien werd die dag ontslagen. Gelukkig vond hij snel weer werk, maar het toont de strijd waar wij als Christenen in de wereld mee te maken krijgen. De overtuiging van de jonge elektricien is bewonderenswaardig, en zou in ieder van ons net zo helder moeten stralen.

Wij werken voor God, en niet voor de wereld ook al leven we in deze wereldse maatschappij.

Naar een getuigenis van John Lennox.

***

“Ik probeer om te vertrouwen,” zei iemand tegen me die zojuist de aarde had horen vallen op de kist waarin de vorm van haar dierbaarste menselijke vriend lag. “Ik probeer te vertrouwen,” net zoals ik een vogel zag die met een gebroken vleugel probeerde te vliegen. Zo werkt het niet. Wanneer het hart gebroken is, zullen al onze pogingen om te vertrouwen onze pijn en onrust alleen maar vergroten. Maar als we, in plaats van te proberen om te vertrouwen, ons dichter tegen de Trooster aan drukken en ons vermoeide hoofd op Zijn toereikende genade laten rusten, zal het vertrouwen vanzelf komen zonder dat we het proberen. Dan zal de beloofde ‘volmaakte vrede’ elke onrustige golf van verdriet kalmeren.
A.E. Kittridge

We moeten vrede in ons hart hebben, anders is het geluk niet mogelijk. Vrede met onszelf en vrede met God. Er is geen andere manier om onze opstandige natuur te genezen dan alles te onderwerpen aan Gods genadige heerschappij. Kijk eens naar dat onrustige koninkrijk dat ieder van ons binnen in zich meedraagt. Passies, verlangens, plichten en lasten die ons van hot naar her trekken en die allemaal tegen elkaar worden uitgespeeld totdat we ontmoedigd neerzakken en het lijkt alsof we in stukken worden gescheurd door wilde paarden die aan ons sleuren. Maar wanneer Jezus met zachte tred ons hart binnentreedt stroomt de rust naar binnen. Hij grijpt de leeuwen en vraatzuchtige beesten daar met ferme hand bij de lurven en temt hen door het koord van de liefde en tuigt ze op om samen de wagen van Zijn wil voor ons leven te trekken. Zo zal Christus teder en zacht, en tegelijkertijd ferm en onveranderlijk, alle tegenstrijdige stromingen van onze stormachtige zielen beheersen.

Er is maar één manier om een echt harmonieus leven te leiden en dat is door Jezus Christus de duivel van het egoïsme te laten verdrijven en alles in één geheel te laten versmelten. Het zijn in wezen niet onze dagelijkse problemen en lasten die onze rust verstoren, maar die vrede wordt verstoord door onze weerstand en weigering om ons in geloof aan God te onderwerpen. Overgave aan God in vol vertrouwen brengt altijd de diepste vrede. Wanneer wij net als Christus oprecht kunnen zeggen: “Niet mijn wil, maar de Uwe geschiede”, wordt er een begin gemaakt met rust in zelfs het meest geplaagde hart.

Het is nutteloos om tegen iemand te zeggen: “Je moet niet zo bezorgd en bang zijn”, tenzij die mens ook werkelijk bereid is om de vrede te accepteren. Als je Christus kent en je aan Hem wilt overgeven is er geen enkele reden om ongerust of bang te zijn voor de toekomst. Maar als je de vrede van Christus niet wilt zou het onnatuurlijk zijn als je je geen zorgen maakte.

Op een kalme herfstdag, toen het windstil was ging ik eens naar de oever van een klein meer. Elke berk stond onbewogen aan de oever en elk twijgje werd weerspiegeld op het kalme water dat ademde met het blauw van de hemel. Dat is het beeld van ons hart als we Jezus toestaan Zijn waakzame hand om ons heen te leggen en ons te beschermen tegen het geweld van de wereld. In Hem hebben wij rust. Maar de mens die niet op Jezus vertrouwt, is als de onrustige zee die niet kan rusten
A. McLaren  1826-1910

Uit het archief van Spurgeon
Als God de gebeden van Zijn kinderen niet beantwoordt naar de letter, dan doet Hij dat naar de geest. Als je om grof gemalen meel vraagt, word je dan boos als Hij je het fijnste meel geeft dat er te krijgen is? Als je genezing zoekt voor een lichamelijke kwaal is het dan zinvol om te klagen als Hij je lichamelijke kwaal niet wegneemt maar die laat overgaan in de genezing van een veel grotere, geestelijke ziekte die je met je meedroeg? Soms vragen we God om een steen, denkende dat het een brood is en zijn we boos als Hij ons een brood geeft waarvan we in onze kortzichtigheid denken dat het een steen is.

Uit de schatkist van het verleden
De inmiddels overleden Amerikaanse psychiater en arts, Karl Menninger (1893-1990) was een bewogen mens die zocht naar de oorzaak en oplossingen voor de psychische kwalen waar veel van zijn patiënten mee te maken hadden. Op een dag had hij een idee en riep hij zijn klinische staf bij zich en ontvouwde een plan om in zijn kliniek een sfeer van creatieve liefde te ontwikkelen. Alle patiënten moesten worden blootgesteld aan een grote dosis oprechte aandacht en er mochten geen liefdeloze houdingen worden getoond in het bijzijn van de patiënten. De verpleegkundigen en artsen die wilden deelnemen aan het experiment moesten hun werk met een liefdevolle houding doen om te zien wat het resultaat zou zijn.

Na zes maanden was de tijd die patiënten in de instelling doorbrachten gehalveerd.

Dat is grappig
De gastspreker had erg zijn best gedaan om een inspirerende preek samen te stellen en was ondanks de gure wind en de onverwachte sneeuwbui net op tijd in het plattelandskerkje. Maar toen de dienst begon zat er bijna niemand in de kerk. Slechts drie bejaarde grijze mannetjes waren binnen geschuifeld en zaten klaar voor een geestelijke opwekking.

“Heeft u wel aan uw gemeente verteld dat ik zou komen?” fluisterde de gastspreker ietwat ontdaan tegen de koster die alles georganiseerd had.

“Nee, dat ben ik vergeten,” antwoordde de koster, “maar zoals u kunt zien is het nieuws van uw komst zeker niet op dovemansoren gevallen.”

Laat een bericht achter:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier