Een geestelijke vijand?
Hebben we die dan? Al die verhalen over de duivel zijn heel geschikt om kinderen in het gelid te houden en ze een goede moraal bij te brengen. Je kunt de duivel ook goed gebruiken als excuus voor je eigen fouten. Maar echt geloven dat er ergens een duivel rondzweeft in een onzichtbare dimensie die zomaar ongevraagd je huiskamer komt binnen vliegen om daar de boel op stelten te zetten, gaat toch wel wat ver.
Zeggen wij als Nederlanders niet graag: “Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg.”
En toch… Toch is er geestelijke weerstand. Toch bestaat er zoiets als geestelijke verdrukking en mag je je ogen niet sluiten voor de geestelijke strijd waar ieder mens mee te maken heeft. Natuurlijk verschijnt de duivel niet in fysieke gedaante, gekleed in een rood hansop, met een verroeste drietand in zijn zweterige knuistjes. Het is bovenal een strijd op het geestelijke en mentale vlak die uiteindelijk zichtbaar wordt in onze fysieke wereld. De Bijbel leert ons dat wij niet strijden tegen mensen, maar tegen onzichtbare wezens: De duivelse heersers en machten, die deze donkere wereld tiranniseren, een heel leger van boosaardige geesten in de onzichtbare wereld om ons heen.
Waar komt die verwarring die soms over je leven lijkt neer te dalen toch vandaan? Of dat gevoel van dreigende en knagende onzekerheid waardoor je twijfelt of je de dag wel goed door zult komen? Gevoelens van angst, frustratie en twijfel zijn allemaal tekenen van geestelijke strijd. Vaak een strijd tegen onverwerkte emoties en pijn uit het verleden die door de vijand vakkundig gebruikt worden om ons het leven zuur te maken, en soms ook een regelrechte aanval om ons te verwarren. Elke legercommandant neemt uitgebreid de tijd om zijn vijand te bestuderen en bepaalt dan de zwakke plekken in de verdediging. Op die fronten moet worden aangevallen. Daar kan de overwinning behaald worden, en zo is dat ook met onze geestelijke vijand. Die weet precies waar onze zwakke plekken zich bevinden en dat is dus precies het gebied waarop hij zijn aanvallen concentreert.
Een van de eerste dingen waarvan Satan ons graag wil overtuigen is het idee dat hij niets met die duistere gevoelens te maken heeft. “Ik ben onschuldig. Sterker nog, ik besta niet eens dus je moet de antwoorden ergens anders zoeken.” Dan vertelt hij je terloops nog even dat het antwoord ook niet bij God gevonden kan worden, maar ondertussen bereidt hij zijn aanval voor. Hij laat zijn ware kleuren pas weer zien als wij netjes in de val zijn gelopen en het kwaad al geschied is. Daarom is het zo belangrijk om in de Geest te leven en het leven door een geestelijke bril te bekijken. Angst ontstaat niet zomaar uit het niets, depressie komt niet per ongeluk overwaaien en woede en razernij worden niet zomaar veroorzaakt door fysieke omstandigheden. Daar zijn diepere, geestelijke redenen voor.
Maar wat het probleem ook is, de beste remedie tegen al die negatieve gevoelens is telkens weer hetzelfde. Vuilnis moet in de afvalbak om het mee te geven aan de vuilnisdienst. Het duister verdwijnt telkens weer op het moment dat het licht aan gaat. Jezus is het licht. Jezus houdt van ons en heeft beloofd naast ons te staan, juist in onze tijden van angst en onzekerheid. Wanneer je dicht bij Jezus leeft kun je veel beter meeveren met de klappen die de vijand probeert uit te delen. Het geloof is je schild en door het geloof weet je diep van binnen dat alles uiteindelijk op zijn pootjes terecht zal komen, want God is bij je en Hij zorgt voor je. Die overtuiging moet diep tot ons hart doordringen om zo alle wortels van angst en twijfel uit te roeien.
De vijand zegt dat je maar beter op kunt houden. Het is hopeloos. Maar Jezus zegt: Ik ben je hoop. De vijand laat je de negatieve kanten van het leven zien en van die irritante mensen bij je in de buurt. Jezus zegt: Heb God lief en je naaste als jezelf. Ik ben de Herder en Ik zal het je leren. Volgens de duivel is het leven onrechtvaardig, oneerlijk en zwaar. De duivel beweert dat bidden niet helpt en dat het misschien maar beter is om het bijltje er bij neer te gooien.
Jezus zegt, “Jij bent Mijn kind. Je bent kostbaar in Mijn ogen en hebt een geweldige toekomst. Ik houd je vast. Kijk dus naar Mij.