Bescherming en bevrijding

 Stel je eens voor dat Jezus bij je op de bank in de huiskamer zat en tegen je zou zeggen: “Maak je maar geen zorgen, want Ik ga overal met je heen en Ik bescherm je.” Zou er dan nog enige reden zijn voor angst? Zouden de zorgen dan nog een kans hebben?

Waarschijnlijk niet.

Daarom doet de duisternis zijn uiterste best om ons ervan te overtuigen dat Hij er inderdaad niet is. “Jezus bij jou op de bank? Kom nou… wat een onzin.” En als wij kijken naar de bergen die al aan de horizon opdoemen en de problemen en denken dat wij die moederziel alleen moeten doorkruisen en overwinnen kan het angstzweet ons wel eens uitbreken.

Maar Jezus is er wel! En als Hij niet op de bank zit dan zit Hij wel aan je bed en houdt Hij je hand vast. Als wij het gordijn dat de aardse wereld van de geestelijke wereld scheidt eens konden wegschuiven zou onze mond, net al bij de dienstknecht van Elisa, openvallen van verbazing en vreugde bij het zien van de engelenschare rondom.

Overal, door de hele Bijbel heen, moedigt God Zijn kinderen op dezelfde manier aan. Ik ben bij je. Ik zal je beschermen. Ik verlos je en Ik ben je burcht. Hij staat er persoonlijk garant voor en als Hij deze beloften aan ons geeft heeft Hij het nergens over de noodzaak om Hem daarbij te helpen.

Hij zegt niet: “Zorg ervoor dat je niet zó verstrikt raakt in het web van de vijand dat het zelfs voor Mij moeilijk gaat worden om je uit de doornen te trekken.” Wat een onzin.

Ofschoon het duidelijk mag zijn dat de schapen die dichter bij de Herder blijven beter gevoed en beschermd zullen zijn dan de bokkige beesten die keer op keer hun eigen weg zoeken, hebben Gods beloften niets te maken met onze eigen kracht, onze wijsheid en onze eigen inbreng. God doet het, Hij kan het en Hij heeft het beloofd.

Helaas vergeten wij dat regelmatig en kijken we, geïnspireerd door onze eigen natuur die alles zelf wil doen en door dat geniepige stemmetje van de vijand, steeds weer naar andere reddingsmogelijkheden; vrienden, opinies, geleerden en boeken die ons beloven dat wij in vijf netjes uitgedachte stappen de problemen het hoofd kunnen bieden en ga zo maar door. Het is niet verkeerd om raad te vragen aan een betrouwbare vriend, maar uiteindelijk komt de hulp toch echt van God zelf. Vrienden en boeken staan niet naast ons in het uur van de duisternis. Die blijken dan niet meer te zijn dan een gebroken rietstengel waar we onmogelijk met ons gewicht op kunnen rusten.

Wie en wat zijn die problemen dan, dat ze zo groot zijn dat ze ons vervullen met angst en vrees? God is groter dan goddeloze mensen en de problemen van deze wereld.

“Ik bescherm je. Ik weet wat Ik doe en bij Mij ben je veilig.” “Geen haar op je hoofd zal gekrenkt worden.”

Reacties

Laat een bericht achter:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier