Al die stemmen
Maar Mozes kalmeerde het volk. ‘Wees maar niet bang. Blijf gewoon waar u bent en kijk hoe de Here ons vandaag redt.’
Exodus 14:13
Dat was zeker geen pretje voor Gods kinderen, daar aan de oever van de Rode Zee. Eindelijk bevrijd van het juk van de Farao, eindelijk was de belofte van God ingelost, maar dan opeens stofwolken aan de horizon. Het wrede en boosaardige leger van de vijand kwam aanrijden en Gods kinderen zaten als ratten in de val.
Maar Mozes kende God en hield zich vast aan de Schepper van hemel en aarde en sprak: “Wees maar niet bang.”
Het zijn dezelfde woorden die God ook vandaag telkens weer tot ons spreekt als wij ons omringd voelen door grote gevaren en de moeilijkheden als paddenstoelen uit de grond lijken te schieten. We kunnen niet vooruit, want daar ligt een bruisende zee waarin we zeker zullen verdrinken. De rotsen rondom zijn te hoog om te beklimmen, en achter ons stormt het vijandelijke leger op ons af. Er is geen uitweg mogelijk. De strijd is verloren.
Het Woord van God zegt iets anders. “Wees niet bezorgd, kleine kudde; want het heeft uw Vader behaagd, u het koninkrijk te geven.” * Altijd weer moeten we ons concentreren op het Woord van onze Vader. Iedere andere stem, iedere andere adviseur laat ons alleen maar dieper in het moeras van de vertwijfeling wegzinken.
De stem van de wanhoop schreeuwt uit in paniek dat wij het moeten opgeven. Sterven is alles wat je nog kunt.
Niet volgens God. Die zegt: “Heb toch moed. Ik ben toch je Vader? Heb ik niet beloofd dat Ik je nooit zal verlaten?”
De stem van de lafhartigheid helpt ook niet erg. Die spoort je aan dat je er maar beter mee kunt ophouden voordat het te laat is. “Geef je liever over aan de wereld. Hang je principes maar aan de wilgen, en geef toe dat leven met geloof toch niet helpt.” Als we een te grote dunk van onze eigen kracht hebben luisteren we wellicht naar de stem van de logica die ons toeschreeuwt: ‘Rennen…Je moet nu iets doen. Er is nu geen tijd om naar God te luisteren. Er moet iets gedaan worden.” En tenslotte kunnen we in onze trots en hoogmoed zelfs verleid worden om maar gewoon op het water te gaan lopen terwijl wij daar eigenlijk helemaal het geloof niet voor hebben. ‘Jezus kan toch zeker wel een wondertje voor ons doen?’ Dat kan Hij ook wel, maar dat doet Hij alleen als het past in Zijn plan en Zijn wil.
En zo gaat Satan te keer als een bokser die ons overal probeert te raken, ook onder de gordel. Hem maakt het niet uit hoe hij vecht, zolang hij jouw geloof maar een goede dreun kan verkopen. En telkens weer is daar het standvastige Woord van God: “Als ze door dorre, droge dalen van moeilijkheden trekken, maken zij God tot hun bron. Zachte regenbuien vallen op hen neer. Steeds meer vol van uw kracht gaan zij verder tot ze bij U komen in Jeruzalem.” *
Houd dus vast aan het betrouwbare Woord van onze Vader. Sta stil in vol vertrouwen en richt je ogen hemelwaarts terwijl je geduldig en vol verwachting wacht op de marsorders van de Koning der Koningen. En voor je het weet hoor je Gods liefdevolle stem in je hart die net als tegen Mozes tegen je zegt: “Voorwaarts.”
* Lukas 12:32
* Psalm 84:7