Aankomst

 

Heb je pijn gekend? Heb je geleden in deze kille wereld?

Het zal veranderen. De toekomst straalt en het duister zal worden opgeslokt, vergeet het niet. In het volgende leven wordt het direct goedgemaakt. Zoals een droom vervliegt als de dag is begonnen, zo zal ook de aardse pijn vervagen.

Ik stel me zo voor dat als je de hemel binnenkomt, God vol enthousiasme tegen Zijn engelen zegt:

“Daar is hij. Geef hem die villa met die bruggen van goud; die over de kristallen zee uitkijkt.” En over een ander hoor ik God zeggen: “Daar is ze dan! Geef haar dat paleis tussen de eeuwige bloesems. Het paleis dat Ik voor haar bouwde bij de fontein van het eeuwige zonlicht. Geef haar ook dat bankstel dat bekleed is met de regenboog, want zo wil Ik haar terugbetalen voor alles wat zij heeft gedaan om een goede moeder te zijn voor haar kinderen. Ik weet hoe haar aardse leven eruitzag. Ik weet hoe hard ze heeft gewerkt om het goede te doen en dat niemand haar er ooit voor bedankte.  Ze deed het met vreugde en eerbied.

Geef deze nieuwelingen die de aarde zojuist verlaten hebben de kostbaarste goederen die de hemel te bieden heeft. Breng hen naar de voordeur van hun eeuwige woning in het prachtigste rijtuig dat Ik voor hen heb.

 

 

Hang de harp van de hemelse muziek aan hun muur en vervul hun diepste verlangens. Want dit is de hemel. Dit is hun thuis. Op aarde hadden ze het zwaar, maar ze verzuimden hun taken niet. En toen kwam de ouderdom. Ze werden kortademig, reumatisch en stijf. Hun lichamen wilden niet meer.

Ze konden niet goed meer zien en ook hun gehoor liet hen in de steek. Maar ophouden? Nee, ze gingen door. Ze hielden van Mij. Ze hadden respect voor het leven. En zo gingen ze door.”

Hoe wonderschoon om de Heer Zijn woorden te horen spreken. En het zijn de woorden die Hij ook voor jou zal uitspreken op de dag dat jij de poorten binnen gaat.

“Schatbewaarders van de hemel, beheerders van de rijkdommen van deze heerlijke gewesten, betaal het hen honderdvoudig terug, nee duizendvoudig. Laat alle mensenkinderen die eens door hen zijn geholpen, of het nu was in het duistere dal van het lijden of op tronen van het aards geluk, opstaan en met hun scepters zwaaien in eerbied en dank. Mijn kind is thuisgekomen.”

En toen zag ik de hemel zoals hij werkelijk is. Toen begreep ik dat het de plaats is waar Gods kinderen werkelijk thuis zullen zijn. Toen begreep ik dat het aardse lijden nooit ofte nimmer opweegt tegen de glorie die zal worden geopenbaard aan Gods geliefde kinderen.

Toen begreep ik dat het goed was.

Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgekomen, dat is wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben.
1 Korinthe 2:9

Naar een artikel van T. De Witt Talmage

Download PDF

Laat een bericht achter:

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier