365 Brieven per jaar
Onze levensweg voert vaak langs vruchtbare, groene velden met rustig kabbelende bergstromen, maar toch ook heel vaak langs donkere rotspartijen en diepe ravijnen waarvan we de bodem niet eens kunnen zien. Maar waar we ook staan en waar de weg ons ook langs leidt, laten we onze Herder nooit ter verantwoording roepen door steeds maar het waarom te willen weten. De wetenschap dat Hij naast ons loopt en de kortste weg kent om ons veilig thuis te brengen zou genoeg moeten zijn.
Vandaag is als een ietwat gammel uitziende brug, maar wel een brug die net sterk genoeg is om de lasten van deze dag te dragen. Maar als we ook de lasten van morgen vandaag proberen mee te zeulen bezwijkt de brug al snel onder het gewicht en dat is nooit de bedoeling.
Ieder jaar stuurt de Koning ons 365 persoonlijke brieven van Zijn koninkrijk en Hij besluit iedere brief met dezelfde boodschap: “Dit is de last die Ik vandaag voor je heb. Draag die met vertrouwen en moed.”
Wat moeten we met al die brieven doen? Het antwoord is niet zo moeilijk. Open ze een voor een, iedere dag eentje. Het zegel van de brief van gisteren is reeds verbroken; leg die brief dus met eerbied weg en kijk er niet langer naar. Het kruis van gisteren is al gedragen en mag worden afgelegd. De brief van morgen ligt nog ongeopend voor ons, maar dat zegel mag nog niet worden verbroken. Alleen het zegel van vandaag mag worden verbroken. Vandaag voelen we de onzichtbare aanwezigheid van onze machtige Herder. Zijn hand rust op onze schouders en terwijl Hij ons teder aankijkt horen we Hem zeggen: ‘Ik ben je kracht en Mijn kracht is voldoende voor deze dag.’ En dan, als de morgen komt zien we Hem andermaal naast ons staan en pakt Hij onze hand als we de dag binnenstappen terwijl Hij zegt: “Mijn kind, Ik ben er weer.”
Kort samengevat zou ons leven dus een eerbiedig verslag moeten zijn van de betrouwbaarheid van onze Heer: Wat het verleden betreft een geschrift van dankbaarheid, wat het heden betreft, een geschrift van onze liefdevolle dienst aan de Koning van de hemel en wat de toekomst betreft, een geschrift van vertrouwen in de nimmer aflatende handen van God.
Naar een artikel van D.M. Parton