Met angst kom je nergens
Het lijkt haast of de wereld er nooit somberder heeft uitgezien. Waar moet dat naar toe? Zullen we morgen nog normaal kunnen leven? Hoe moet dat met onze kinderen? Onzekerheid en angst kloppen aan de deur van ons hart. Het is tijd om Jezus de deur voor ons te laten openen, en daar gaat de Oppepper deze week over.
***
Er was aan het begin van deze eeuw een vrouwelijke zendeling in China die onthoofd zou worden door de Boxers. Terwijl ze neerknielde voor een woeste Chinees met een groot zwaard keek ze hem aan met een grote glimlach. Ze bleef hem maar aankijken met die glimlach en het leek wel alsof de uitdrukking op het gezicht van de wrede man begon te veranderen en de glimlach weerkaatste.
Onzeker stapte hij een paar pasjes achteruit en samen met zijn metgezellen draaide hij zich opeens om en renden ze allen weg. De zendelinge bleef onbewaakt achter en was vrij. Terwijl de Boxers zich uit de voeten maakten keerde de leider zich nog om en riep uit: “U kunt niet sterven. U bent onsterfelijk.” Als er angst op haar gezicht te lezen was geweest, zouden ze haar zonder aarzeling gedood hebben, maar Jezus gaf haar rust en genade. Zelf zei de vrouw later: “Ik was als de dood. Ik had er geen idee van dat ik glimlachte.”
***
De Heer waarschuwt ons voor de angst. Angst is de vijand en verlamt. Maar God kan het aan en vertelt ons dan ook voortdurend dat we niet bang hoeven te zijn maar dat we kunnen geloven dat Hij voor ons klaar staat.
Met angst kom je nergens. Dat is het tegenovergestelde van geloof! Als we bang zijn klagen we over onze omstandigheden en zien we er geen gat meer in.
Maar als we omhoog kijken naar de Heer en geloof van Hem ontvangen worden we rustig en kalm. Dan regeert Zijn vrede, wat er ook gebeurt. Maar angst put je uit. Het berooft je juist van de kracht die je nodig hebt. Zonder geloof hebben we geen kracht. De kracht van het duister ligt dan ook in de angst. De duivel maakt ons het liefste bang. Dan vergeten we dat God over ons waakt en altijd voor ons zorgt en kan hij ons een loer draaien.
Maar op het moment dat Gods kinderen bang worden kunnen ze Gods hulp inroepen. Dan denken we aan God en verdwijnt de angst direct! Als de angst aan de deur van je hart klopt moet je aan Jezus vragen om de deur voor je open te doen. Dan is er geen vuiltje aan de lucht. Dan smelt de angst als sneeuw voor de zon! Niets kan Zijn licht weerstaan.
Laat het licht binnen! Dan vlucht de duisternis vanzelf! Hij neemt je angsten weg en droogt je tranen als je even de tijd neemt om in Zijn vredige rust te baden. Die volmaakte vrede die Hij je geeft wanneer je gedachten enkel op Hem rusten omdat je op Hem vertrouwt. (Jesaja 26:3)
Je hoeft dus nooit bang te zijn voor dingen die kunnen gebeuren en voor de macht van het kwaad. De toekomst lijkt soms zo duister, maar God heeft een plan en we worden beschermd door Zijn liefdevolle Geest die veel en veel groter is dan de macht van het duister.