Hij laat je nooit los
Een vader en een dochter konden al jarenlang niet goed meer met elkaar opschieten.
Ze hadden al die tijd niet echt met elkaar kunnen praten en hun ware gevoelens voor elkaar waren diep weggestopt in de verre uithoeken van hun harten, om zo de pijn niet te hoeven voelen. Op zekere dag lag vader op zijn sterfbed en kwam zijn dochter hem voor de laatste keer opzoeken.
Ze zat stilletjes aan zijn bed en wist niet goed wat ze tegen hem moest zeggen. De oude man keek haar aan en zei zwakjes: “Mijn lieve kind, ik heb altijd van je gehouden. Ik heb zo’n spijt van alles wat ik verkeerd gedaan heb!”
“Je had me beloofd dat je er altijd voor me zou zijn,” antwoordde de dochter bitter. “Maar dat heb je niet gedaan!” Opeens herinnerde ze zich een voorval dat haar hevig had ontstemd en het geloof in haar vader zo had beschadigd. Het was maar iets kleins, maar wat haar betrof was het kenmerkend voor hun relatie. Toen ze nog een klein meisje was had vader haar leren fietsen. Hij had haar stevig vastgehouden en gezegd: “Ik laat je nooit vallen, lieverd.” Vol vertrouwen trapte ze vooruit totdat haar vader haar opeens losliet, waarna ze keihard op het asfalt viel. Haar knietjes waren diep geschaafd en hadden hevig gebloed. “Ik zal je nooit laten vallen, lieverd.” Dat had hij toch gezegd…? Dat waren dus maar praatjes. Meer niet. En zo was het altijd geweest.
Opeens sprak ze bitter tegen haar vader: “Waarom liet je me los, vader, toen je me leerde fietsen? Je had beloofd me vast te houden, maar dat deed je niet.”
“Mijn lieve kind,” antwoordde vader onthutst, “Ik liet je niet los, maar ik verzwikte mijn enkel en ben toen zelf op de grond gevallen…”
Zo is het met alles en iedereen. Als mensen vallen we telkens weer. Onvolmaakt als we zijn. Maar we moeten altijd weer opstaan en ondanks de pijn, ondanks de fouten, elkaar vergeven en doorgaan.
***
Ik zit er soms goed naast. Jij ook en eigenlijk iedereen. Maar Jezus zit er nooit naast. Hij is de rots waarop wij onze voeten kunnen plaatsen. Zijn handen verliezen nooit hun greep. Daarom moeten wij onze ogen op Hem gericht houden en op Zijn Woord en Zijn beloften. Als we alleen maar naar elkaar kijken en alles van elkaar verwachten komen
we al snel bedrogen uit. Vaak doen we elkaar pijn en stappen we rond in het leven van een ander als een olifant in een porseleinkast. We denken immers precies te weten hoe een ander in elkaar zit?
Maar Jezus zei: “Ik ben de weg, de waarheid en het leven.” Ons vertrouwen moet dus op Hem worden gebouwd.
Hoe ziet Jezus die situatie? Wat denkt Hij over die situatie en over die persoon? Hoe denkt hij over jou? Daar kun je alleen maar achter komen door stil naar Hem te luisteren. Daarom moeten wij elkaar liefhebben, elkaar vergeven en elkaar steunen. Laat Jezus de pijn dragen; laat Hem die van je wegnemen.
Vergeven is moeilijk. Liefhebben is moeilijk. Maar dat zijn de lessen die God ons wil leren op deze school van het leven. En Hij is een goede onderwijzer die je niet knorrig de klas uitstuurt als je het weer eens niet begrepen hebt.
En als je je best doet kun je bij Hem nooit zakken.