
Het kaf en het koren
Hij staat klaar om het kaf van het koren te scheiden. Het koren zal Hij opslaan in de schuur. Maar het kaf zal Hij verbranden in een vuur dat nooit uitgaat.’
Mattheüs 3:12
Dit zijn geen gemakkelijke woorden en het is een uitspraak waar de ongelovige wereld spottend zijn schouders over ophaalt. Maar de Zoon van God sprak ze uit en ze vertellen me dat Jezus na Zijn terugkomst de valse zielen, degenen die slechts doen alsof ze geloven, zal scheiden van de mens in wie de ware kracht van godzaligheid woont. Dit zijn woorden die ik ter harte moet nemen; maar er is meer. Deze woorden zijn ook woorden van de rijkste troost.
We moeten ons realiseren dat het kaf en het koren tot op de dag van de oogst onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. In mij groeit het koren, maar ik zou dwaas zijn als ik ontken dat ook het kaf bij mij aanwezig is. Deze woorden leren mij dat de Heer, door mijn leven heen, klaarstaat om mij te zuiveren en het kaf bij mij weg zal nemen met Zijn testende en reinigende voorzienigheid.
Hij gebruikt daarbij het instrument van Zijn onderwijzende, zuiverende Woord. Het is het instrument van Zijn ziftende en heiligende Geest. Door alles wat mij in dit leven overkomt, houdt Hij zich met mij bezig totdat al het waardeloze kaf en alles wat Hem niet verheerlijkt uit mijn leven wordt weggenomen. En dat is een heerlijke gedachte, want Hij zal het doen als ik me naar Hem richt en ik Hem de leiding over mijn leven toevertrouw.
Hij zal uiteindelijk met niets minder tevreden zijn dan mijn absolute en onberispelijke levenswandel. Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel. In de hemel is alleen plaats voor de wil van God en daar ben ik naar op reis. Om dit te bewerkstelligen is er van Zijn kant haast een onuitputtelijk geduld nodig.
Voor mij betekent het van tijd tot tijd een zware en soms pijnlijke discipline. Maar uiteindelijk zal het kaf uit mijn ziel verdwenen zijn en zal ik stralen als rijp en kostbaar koren dat de Heer met vreugde naar Zijn grote oogstschuur zal brengen. Paulus schreef: “Ik ben er zeker van dat God op de grote dag van Christus Jezus het goede werk dat Hij onder u begonnen is, zal voltooien.” Wat een prachtige hoop die tranen van blijdschap in me doet opwellen en mijn hart vervult met een verwachting die klinkt als de mooiste melodie.
Naar een artikel van Alexander Smellie