Bidden zonder ophouden
“Hij vertelde hun een gelijkenis over de noodzaak om altijd te bidden
en niet op te geven.”
Lukas 18:1
____
De Meester zelf sprak duidelijke woorden over de noodzaak om altijd te bidden.
Wanneer? Het antwoord kon niet duidelijker zijn: Altijd.
“Altijd” betekent letterlijk: op elk moment, zonder uitzondering. Het betekent natuurlijk niet dat je op elk moment hardop moet bidden en overal op je knieën valt, maar dat je in élke fase van je leven, in élke omstandigheid, in élk seizoen, een houding van afhankelijkheid en verbinding met God zou moeten hebben.
Het is het enige woord dat past bij iemand met een natuur als de mijne, als een mens die leeft in een wereld als de mijne en die omringd wordt door vijanden zoals de mijne.
Zo zijn er die steeds terugkerende verleidingen van mijn leven. Geestelijk gezien ben ik omringd door dodelijke gevaren die mij ongezien en ongehoord naderen. Ik breng mijn dagen door in een wereld die zich tegen God verzet, waar het goede slecht wordt genoemd en het kwaad als goed wordt gevierd.
Mijn tegenstander, de duivel, gaat rond als een briesende leeuw en daarom moet ik leven met mijn zwaard in de hand en mijn schild stevig omklemd. Ja, mijn gebed zou ononderbroken moeten zijn.
Soms kom ik onverwachts oog in oog te staan met de vijand die een nieuwe moeilijkheid op mijn pad gooit. Op elk moment kan mijn gewone, monotone levensroutine worden onderbroken en klopt er iets op mijn deur dat mij probeert te verleiden tot ontreddering, twijfel en angst.
Maar ik zal alleen dapper kunnen handelen in het uur van beproeving als ik de atmosfeer van gebed adem. Als ik niet voorbereid ben, zal ik door paniek worden getroffen als een moedeloze ridder van God die wegrent van het gevecht.
Maar het zijn niet alleen de grote gevechten. Er zijn ook zoveel van die kleine zorgen die mijn leven dwars kunnen zitten; afleidingen en beslommeringen die mij van God kunnen wegtrekken. Maar als ik van mijn levensverhaal een onafgebroken gebed maak, zal de onrust uit mijn leven wegsijpelen. Dan zal, zoals iemand eens zei: “mijn stem zo zoet zijn als het murmelen van een beek en het ruisen van de korenvelden.”
Dus dat woord van Christus om altijd te bidden en niet op te geven is zeker niet overdreven. Het is in feite de enige juiste houding voor de pelgrim op het levenspad. Als ik mijn eigen welzijn wil beschermen moet ik zo leven dat ik God bij alles wat ik doe betrek. Altijd en overal. Dat is de kracht die mij juichend naar de eindstreep brengt.