Maandag 17 juni 2024
Gebed
O Geest van God, Geest van heiligheid; open toch mijn ogen om de wonderen van uw genade te zien. Zonder uw Geest is mijn ziel dood, maar als Uw Geest mij beroert, komt alles tot leven en voel ik Uw heilige, hemelse invloed. Maak mij waarlijk nederig in mijn hart. Ontdoe mij van elke vorm van zelfverheffing die zich verzet tegen de vrijmoedigheid van Uw liefde. Kneed mijn ziel en vorm mij naar het plan dat U in gedachten heeft; het beeld van nederigheid en oprechte zachtmoedigheid in Uw Zoon, Jezus. Bewaar mij voor die zo subtiele invloed van trots en ijdele glorie die mijn zondige natuur mij telkens weer probeert op te dringen. Houd me altijd laag en klein in mijn eigen ogen en roei ieder zondig en zelfzuchtig principe uit. Heer, wilt U mij helpen om mij volledig op U en Uw glorie te richten, zodat Uw licht door mij heen mag stralen en ik anderen naar het hemelse pad mag wijzen? Amen
Thomas Reade
Alles is de moeite waard wanneer wij eindelijk voor Hem staan.
Vergeten dan de pijn, want het aardse tranendal heeft afgedaan.
Eén blik slechts op de Redders heerlijk gezicht
De zorg, de kommer en de last… Alles smelt voor ‘t hemels licht.
Stralend is Zijn liefde, warm in kracht.
Geen plaats meer voor het duister van de nacht.
Dus daarom houd ik vol en loop ik moedig door
Tot ik bij Hem ben en zeg: “O Heer, dit is waar ik hoor.”
Er bestaat een legende over de oude St. Maarten die eens in zijn kloostercel druk bezig was met zijn studies toen er op de deur werd geklopt. “Kom binnen,” zei de monnik. De deur ging open en er verscheen een vreemdeling met een vorstelijk uiterlijk, in een prachtig koninklijk gewaad. De monnik keek verbaasd op en zei: “Wie zijt gij?”
“Ik ben de Christus,” was het zelfverzekerde antwoord van de vreemdeling. De indrukwekkende houding en krachtige toon van de bezoeker zouden een mens die zich maar oppervlakkig met het geloof bezighield waarschijnlijk overrompeld hebben, maar de monnik vond de verschijning maar vreemd en vroeg rustig: “Als u de Christus bent, waar is dan de afdruk van de spijkers in uw handen toen u aan het kruis werd geslagen? St. Maarten had direct gezien dat de met kostbare juwelen bedekte handen van de vreemdeling dit onmiskenbare kenmerk van Christus niet hadden. Hij zag er dan wel vorstelijk uit maar daar had de monnik geen boodschap aan.
“De spijkergaten in mijn handen?” antwoordde de vreemdeling onzeker, “Eh …”
Toen kwam er een woedende blik in de ogen van de vreemdeling. Het was de prins van het kwaad. Vloekend en tierend vluchtte de ontmaskerde boef weg.
Dit is natuurlijk maar een legende, maar het suggereert de enige en onfeilbare test die moet worden toegepast op alle waarheid en op al het leven. Er is veel dwaalleer in de wereld, er zijn ideeën die de weg naar het geluk propageren en mensen die beweren door God te zijn gestuurd en dat ze volgelingen van Christus zijn. Zo zijn er stromingen die de oude leer afkalven en aan de kant zetten als achterhaald en onnodig. We weten het nu beter dan in dat verre, stoffige verleden. Hoe zullen we weten wat de waarheid is?
De test waarmee St. Maarten de valse pretenties van zijn bezoeker aan de kaak stelde is nog steeds de enige juiste test: “Waar is de afdruk van de spijkers?”
Niets dat dit merkteken niet draagt kan vertrouwd worden. Een evangelie zonder een gewonde, stervende Christus is geen evangelie. Het kruis is het lichtgevende centrum van waaruit al het licht van vreugde, vrede en hoop stroomt.
Alles wat niet de tekenen van het lijden van Jezus draagt, is niet van God.
Uit: Glimpses through the window of life
Deze week nieuw op de site
Pappa, zoals wij hem altijd noemden, was een van de grootste voorbeelden van geloof in mijn leven. Hij is ook iemand bij wie ik grote strijd heb gezien. Zo stond ik bijvoorbeeld naast hem toen zijn geliefde vrouw, na vijftig jaar huwelijk, ernstig ziek werd met Alzheimer.
Lees meer
Kunstenaars werken met de beste materialen om hun talenten te laten zien, maar God doet het net andersom en werkt met het slechtst mogelijke materiaal; het donkere en opstandige hart van de mens.
Lees meer
God helpt ons niet als we het nog niet echt nodig hebben. Hij ruimt geen obstakels op als we ze nog niet bereikt hebben. Maar als de nood aan de man komt, dan gaat Hij aan het werk. Dan staat God klaar om het wonder te doen.
Lees meer
Spreuk van de week
De N van Nederigheid is de allereerste letter in het alfabet van het christendom! We moeten laag beginnen als we hoog willen bouwen.
J.C. Ryle
Wrok is als het innemen van vergif en dan hopen dat je vijanden eraan doodgaan.
Nelson Mandela
Ik wil al Gods gedachten kennen. De rest is maar bijzaak.
Albert Einstein
Een berg is soms onzichtbaar door mist in het dal. Toch staat die berg daar stevig en vast. Zo is ook Gods liefde er altijd.
C.H. Spurgeon
Om over na te denken
En je Vader, die de verborgen dingen ziet, zal je er openlijk voor belonen.
Matteüs 6:6
Mijn Vader ziet alles. Kan iemand zich voor Hem verbergen? Nee, dat kan niemand. Het ongeloof, op de duistere momenten van zelfzucht en zonde, zou dat soms misschien wel hopen, maar er is niets dat mijn Vader niet ziet. En wat een zegen is dat voor ons, Zijn geliefde kinderen. Onder welke omstandigheden en waar ik me ook bevind, ik zal niet aan Zijn aandacht ontsnappen.
Het oog van God is elke seconde op mij gericht; zelfs nu, op dit moment, ziet Hij mij. En dat is een heerlijkheid, want het is niet zomaar een oog, maar het is het oog van mijn Vader.
* Hij ziet dus ook mijn noden en mijn ellende
* En alle geheime valkuilen die mijn vijanden voor mij graven
* En alles wat mij zou kunnen schaden
* Hij helpt mij.
Maar Hij ziet ook
* de geheime en verborgen gedachten van mijn hart,
* mijn onuitgesproken verlangens,
* mijn geheime zonden en slechte gedachten,
* elke ongepaste handeling
* en zelfs elk ongepast woord
Dit is iets om eens goed over na te denken.
Moge het me voorzichtig maken en me behoeden voor het toegeven aan wat voor verleiding dan ook. Moge het mij helpen om mijzelf te voeden met hemelse gedachten en te leven op een manier die in overeenstemming is met de wil van mijn Vader, want … mijn Vader ziet mij op dit moment.
James Smith 1802—1862
De meest vruchtbare tijd van toewijding is de tijd waarin we alleen voor God verschijnen en Zijn Woord op ons laten inwerken. Zo hoorde ik eens over een godvruchtig christen van wie bekend was dat hij zo veel bad.
Dat vond een ongelovig mens maar onzin, want wie verdoet zijn tijd nu met niets doen? Dus verborg deze man zich in de studeerkamer van de christen om dat eens aan de kaak te stellen. De christen in kwestie was de hele avond bezig met zijn werk, maar om tien uur legde hij zijn boeken en pen weg en opende hij zijn Nieuwe Testament. Twee uur lang boog hij zich stil over de bladzijden. Soms bewogen zijn lippen zich in stil gebed, of las hij, vergeleek hij passages en overpeinsde hij de heilige woorden. Vaak staarde hij lang naar een bepaalde passage en leek het wel alsof zijn gezicht gloeide van verrukking. Toen de klok twaalf uur luidde, sloeg hij het boek dicht, zuchtte hij tevreden en zei hij: “Heer wat bent U toch een goede vriend.” Hij zocht zijn bed op waar hij direct in slaap viel. De ongelovige man snapte er niets van. Was dat nu gebed? De man had geen moment op zijn knieën gezeten, en geen smeekbedes naar God geschreeuwd. Hij had de hele tijd doorgebracht met het omgaan met God, het uitademen van Zijn liefde, Zijn aanbidding, Zijn verlangens en ontving daarop in zijn hart de verzekering van Gods liefde.
J.R. Miller
Uit het archief van Spurgeon
Het schaakspel is een oud en bijzonder spel. In een bepaald opzicht is de wereld het schaakbord van de duivel. Wees dus altijd waakzaam. Je kunt nauwelijks achteruit of vooruit zonder dat de duivel klaar staat om je aan te vallen met de een of andere verleiding. Wie het schaakspel speelt weet dat grote voorzichtigheid geboden is. Je tegenstander werkt altijd met een plan waarvan jij niets weet en terwijl jij je inbeeldt dat je het bijzonder goed doet en je met een tevreden glimlach je stukken verzet, lokt hij je in de val. Als we ons daar niet van bewust zijn dan geven we hem een immens voordeel.
Met zijn manoeuvres en listen, zijn superieure vaardigheid en bedrieglijkheid en gewetenloze plannen verslaat hij ons moeiteloos omdat we in onze zelfingenomen dwaasheid denken dat we het leven wel aankunnen. Maar zonder God wordt het een moeilijk verhaal. “Heer, help ons! U kent onze tegenstander; wees zo goed ons uit zijn hand te verlossen en zijn plannen te verijdelen.”
Uit de schatkist van het verleden
Diep van binnen voel ik de bruisende kracht van een toekomstig leven. Nu zie ik mijzelf als een oude boom die zijn kracht verloren is; maar hoe dichter ik het einde nader, hoe duidelijker ook de melodie van de onsterfelijke symfonieën van de wereld die mij roept. Meer dan vijftig jaar lang heb ik mijn gedachten vertaald in proza en poëzie: geschiedenis, filosofie, drama, romantiek, traditie, satire en liederen; ik heb het allemaal uitgeprobeerd. En toch heb ik het gevoel dat ik nog niet verder ben gekomen dan een duizendste deeltje van alle mogelijkheden die in me liggen. Als ik naar het graf ga kan ik net als anderen zeggen: “Het werk van vandaag zit erop.” Maar ik kan onmogelijk zeggen: “Mijn leven is voltooid.”
Mijn werk begint de dag erop weer opnieuw. Het graf is geen doodlopende straat, maar een tussendoor steegje. Het graf betekent niet meer dan de ondergaande avondzon die de volgende dag weer wordt gevolgd door een nieuwe dag en een nieuwe zonsopgang.
Victor Hugo (1802-1885)
Een glimlach …
Een oude Christen lag op sterven en zijn vriend kwam voor de laatste keer bij hem op bezoek.
“Ik heb zojuist nog drie andere bezoekers gehad,” prevelde de stervende man zacht. “Twee daarvan heb ik vaarwelgezegd, maar van de derde kan ik geen afscheid nemen. Die blijft altijd bij me.”
“Wie zijn dat dan?” vroeg de vriend verbaasd.
“De eerste vriend was ‘Geloof’. Ik zei tegen hem: ‘Vaarwel geloof. Ik dank God voor je aanwezigheid vanaf de dag dat ik je leerde kennen. Maar in het oord waar ik nu heen ga hoef ik niet langer op geloof te wandelen, want daar zal ik zien en heb ik geloof niet meer nodig.’
De tweede vriend was ‘Hoop’. Ik zei: ‘Vaarwel hoop. Jij hebt mij zo goed bijgestaan in de donkerste uren van nood en strijd. Altijd stond je naast me en gaf je me kracht. Maar waar ik nu heen ga heb ik ook jou niet meer nodig, want hoop verandert in zekerheid. Daar komt alles tot bloei!’
En tenslotte kwam de liefde. ‘Liefde’, zo zei ik, ‘jij bent mijn dierbaarste vriend. Jij was de brug tussen mij en God en tussen mij en mijn naaste. Jij hebt mij altijd getroost en gesterkt op mijn reizen door dit leven en ook nu heb ik je nodig. Je moet met mij meekomen als ik mijn laatste tocht onderneem en door de hemelpoort de stad van God binnenga, want daar wordt de liefde vervolmaakt. Nooit kan ik van jou afscheid nemen!'”
Dat is grappig
Een voorganger stond in de rij bij het benzinestation om te tanken. Maar het was er vreselijk druk. Morgen zou de vakantie beginnen en iedereen gooide de tank van zijn auto vol. Het duurde wel haast een uur voordat de voorganger aan de beurt was. Toen hij afrekende zei de beambte aan het loket: “Predikant, het spijt me van de vertraging. Het lijkt wel of iedereen tot op het allerlaatste moment wacht om zich klaar te maken voor die lange reis.”
De voorganger grinnikte en zei: “Vriend, ik ken het probleem en begrijp je heel goed. In mijn beroep is het precies zo.”