De hand van de Meester
Iedereen die zat; niemand die nog stond
De veilingmeester keek gespannen in !t rond
De veiling kon nu gaan beginnen
al viel voor die viool niet veel te innen
Hij hield het ding hoog in de lucht,
“Wie biedt er?” zei hij met een zucht.
Gehavend, bekrast en erg verkleurd
Vandaag dus wordt dit ding verbeurd
“Wie wil er dan wat geven
‘T is mij om het even
Wie durft? Wie heeft er moed?
Dat ding doet het vast nog heel erg goed.
Zie ik daar dan iemand die het wil?”
Maar niemand sprak, het werd heel stil…
Hoor ik vijf euro, zes of hoor ik zeven?
Maar nee, echt niemand wilde er wat geven.
Toen kwam er iemand aangelopen
die wist hoe hij dat ding moest gaan verkopen.
Hij nam de viool en sprak heel zacht:
“Ik toon u zijn diepe, ware pracht.”
Hij veegde het stof af met een lap,
keek even rond en zette zich toen schrap.
Toen bespeelde hij de snaren
alsof er engelen aan het musiceren waren.
Iedereen luisterde stil en diep geboeid
Voorwaar de hemel was hiermee gemoeid.
Wat een geluid. wat een mooi en zuiver stuk
Dit was bijzonder, dit was geluk
Toen het lied ten einde was gekomen
zaten de mensen stil te dromen
Geen mens bewoog, niemand sprak een woord
na die muziek van het hemels oord
Toen klonk opeens de veilingmeester weer
Wie wil dit instrument? Aan wie de eer?
“Wie wil er dan wat geven
‘T is mij echt om het even
Maar voor dit klassiek juweel
Geeft iemand vast heel veel?
Zie ik daar dan iemand die het wil?
Och mensen, nu was het niet meer stil
Vijfduizend euro, zes of zeven wel misschien?
We gaan al snel nu naar de tien
Wie biedt er meer, wie maken we dan blij?
Verkocht aan iemand op de tweede rij…
Twaalf duizend euro? Nee ’t was zelfs iets meer…
Verkocht aan een dikke mijnheer.”
Wat een opwinding daar in de zaal
Duizenden euro’s zonder gedraal
Iedereen schreeuwde wild en verbeten,
Wie had het gedacht, wie had het geweten?
Toen vroeg iemand heel verlegen:
“Waarom is de waarde opeens zo gestegen?
Kan men mij vertellen waar dat aan lag?
Terwijl niemand er eerst wat in zag?
Was het de Meester misschien
Die ons het licht heeft doen zien?
Toen hij speelde zagen wij pas
wat een juweel die viool wel niet was.”
“Ja,” beaamde toen iedereen daar,
“dat is het antwoord zowaar
De waarde lag diep in de viool besloten
Maar alleen door de meester werd zij ontsloten.”
Zo lopen er ook heel wat mensen hier rond
Gebroken, eenzaam en o zo verwond.
Mensen waar men geen cent voor wil geven
Omdat de zonde aan hen schijnt te kleven.
Maar de Meester wil ook bij hen zo graag spelen
En het duister uit hun leven bevelen.
Alleen de Meester kan de muziek laten klinken
Alleen door Hem kan de eenzaamheid zinken
vrij vertaald naar een gedicht van Myra Brooks Welch