De achtste dag
Gebaseerd op een artikel van Drs. Ben Hobrink in zijn boek: Moderne wetenschap in de Bijbel
Martin Luther schreef eens: “Er is een groot verschil tussen het woord van God en het woord van de mens. Menselijke woorden zijn slechts een schrille verzameling van tonen die heel even weerklinken over de velden van deze aarde, waarna ze wegsterven. Dan zijn ze verdwenen en ze zullen nooit meer gehoord worden. Maar het woord van God is anders. Dat is groter dan hemel en aarde. Het is dieper dan de hel en haar pikzwarte duisternis en reikt verder dan de dood. Het is de kracht van God en blijft voor eeuwig bestaan.”
De Bijbel pretendeert geen wetenschappelijk handboek te zijn en het besluit om in God te geloven en op Hem te vertrouwen, blijft altijd een persoonlijke beslissing. Maar er staan heel wat opzienbarende dingen in de Bijbel die ons Godsvertrouwen enorm kunnen sterken en inspireren. Zo staan er in de wetten van Mozes een aantal dingen die op zijn zachtst gezegd opzienbarend genoemd mogen worden.
De wetten van Mozes
Veel mensen doen een beetje lacherig als het op de wetten van Mozes aankomt. Woorden als ouderwets, bekrompen en strak worden al snel in de mond genomen, maar zo ouderwets en strak zijn die wetten helemaal niet, vooral niet als we ze in het licht bekijken van de tijd waarin de mensen toen leefden. Wij lezen allemaal graag van die romantische mooie boeken over de oudheid, maar de realiteit is dat die tijden helemaal zo mooi niet waren als ze in de films en verhalen worden afgespiegeld. Er waren bijvoorbeeld nauwelijks voorschriften voor een goede hygiëne en over de noodzaak van gezond en veilig voedsel was ook al niets bekend. De medische wetenschap in de tijd van Mozes, toen Egypte het heersende wereldrijk was, bestond voor een groot deel uit bijgeloof en de raarste medicaties zoals bij de behandeling van een open wond, waarbij een papje werd gemaakt van koeienvlees, menselijke uitwerpselen, biergist, olie en honing, dat voor genezing zou moeten zorgen.
Mozes was bekend met al dit soort dingen. Daar was hij in opgegroeid en het was zo nodig nog erger gesteld in de omringende landen.
Maar in de Bijbel wordt met geen woord gerept over zulke onzin, terwijl dat toch de toen heersende kennis was. Was Mozes zijn tijd ver vooruit en wist hij dingen die niemand anders in zijn tijd wist? Het lijkt onwaarschijnlijk. En toch zijn de voedingswetten en de hygiënische voorschriften die beschreven staan in de boeken van Mozes zelfs vandaag in veel gevallen nog steeds van toepassing en getuigen ze van een diep inzicht in wat goed en slecht is voor de mens.
Is het misschien mogelijk dat God Mozes inspireerde, en dat Mozes slechts een instrument van God was dat de woorden die hem door God werden ingegeven eenvoudig doorgaf? Volgens Mozes zelf was dat het geval.
Heel bijzonder is daarbij ook de Joodse wet van de besnijdenis.
De besnijdenis
Ofschoon het Joodse volk nog steeds vasthoudt aan het gebruik van de besnijdenis, is het belang van besnijdenis, vooral in onze westerse maatschappij, geminimaliseerd. Maar in het verleden had de besnijdenis wel degelijk nut.
Het blijkt dat vooral op plaatsen waar de hygiënische toestanden behoorlijk te wensen over lieten, de besnijdenis van kinderen veel voordelen had.
Na het wegsnijden van de voorhuid kan het mannelijke geslachtsdeel veel beter worden schoongemaakt. Ofschoon het in de Joodse cultuur (en bij de Moslims) veelal een religieuze betekenis heeft, wordt de besnijdenis in de westerse wereld vooral toegepast om medische redenen. Bij mensen die besneden zijn komt peniskanker vrijwel niet voor. Daarbij helpt het dat onze voorzieningen veel en veel beter zijn dan vroeger, zoals bijvoorbeeld in de tijd van Mozes.
Maar in landen zoals India, grote delen van China en Zuid-Amerika, waar niemand besneden wordt en mensen zich niet goed schoon houden, is het aantal gevallen van deze ziekte uitzonderlijk hoog.
De achtste dag
Maar Mozes had met betrekking tot de besnijdenis nog een verrassing voor ons in petto. Er staat in Genesis 17:12:
Ieder jongetje moet acht dagen na zijn geboorte worden besneden. Dat geldt zowel voor een buitenlandse slaaf als voor iemand die in uw huis is geboren.
En dat was een regel die strikt werd nageleefd, zelfs als die achtste dag op de Sabbat viel, toch een dag waarop niemand iets behoorde te doen. Waarom schreef Mozes dat? Dat een pasgeboren baby niet direct bij de geboorte besneden werd valt nog te begrijpen. Komt zo’n ventje uit de warme, veilige omgeving van de moeder en staat er meteen iemand klaar om dat arme schaap onder het mes te nemen.
Maar na twee of drie dagen? Dat kan toch zeker wel.
Mozes stond er echter op dat het kereltje op dag acht besneden zou worden. Wonderlijk.
Maar nu hebben we daar een antwoord op. Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat baby’s in de eerste levensdagen bijzonder vatbaar zijn voor bloedingen. Dat zou op zich geen probleem zijn, ware het niet dat pasgeboren baby’s nog te weinig bloedstollingselementen bezitten. (Protrombine en vitamine K) De baby heeft in zijn eerste levensdagen alleen maar de bloedstollingselementen die hij van de moeder heeft meegekregen, maar na een paar dagen is die voorraad bijna volledig opgebruikt. Op dat moment is de aanmaak van eigen bloedstollingselementen nog niet goed op gang gekomen, iets dat begint na een dag of drie. Een bloeding (dus ook een besnijdenis) zou daarom in de eerste levensdagen ernstige gevolgen kunnen hebben voor het kindje.
Na de derde dag komt de aanmaak van vitamine K en Protrombine op gang en groeit deze gestadig en heeft zijn piek op de achtste dag. Juist op de achtste dag is de aanmaak van de bloedstollings-elementen zelfs rond de 110% en er bestaat dus eigenlijk geen betere dag om een besnijdenis uit te voeren dan op de achtste dag. Een bloeding stopt op de achtste dag veel sneller dan op welke andere dag dan ook. Na de achtste dag zakt de aanmaak en stabiliseert deze zich tot 100%
Hoe kon Mozes dat weten?
Ik denk dat hij daar niets van begreep, maar gewoon opschreef wat de Schepper hem toefluisterde. Dat Bijbelboek, door vele sceptici verguisd als een sprookjesboek, weet heel goed hoe de mens in elkaar zit. Terwijl de wetenschap deze kennis omtrent de aanmaak van vitamine K en Protrombine pas een paar decennia geleden ontdekte, was dat vele duizenden jaren geleden al bekend bij Gods volk.
Wij sluiten ons aan bij de woorden van de Psalmist die schreef:
Uw woord is een stralend licht, dat mij de weg door het leven wijst.