Licht in het duister 3

Korte Bijbelstudie deel 3

Toen God de wereld schiep maakte Hij verbazingwekkende dingen. Dieren, planten, oceanen, bergen, sterren en hemel – en het universum zelf. De ene schepping nog mooier en overweldigender dan de andere. Maar de Schrift leert ons dat één aspect van Gods schepping boven alle andere wordt verheven.

Genesis beschrijft Gods scheppingswerk en somt op wat God op elke dag maakte. Iedere dag wordt afgesloten met dezelfde conclusie: God keek naar alles wat Hij had gemaakt en zag dat het goed was.

Het woord ‘goed’ lijkt een magere manier om de schepping van licht, de wereld met planten en dieren en zo veel meer te beschrijven. Woorden schieten eigenlijk tekort. Maar goed, God zei het zelf en als Hij zegt dat iets goed is, kun je er zeker van zijn dat het dat ook echt is. Hij weet waar Hij het over heeft.

Maar dan komen we bij de laatste dag van de schepping, wanneer God de eerste mens maakt. God neemt stof van de grond, maakt er een mens van en blaast leven in dit lichaam.

Maar in tegenstelling tot de rest van de schepping ontdekken we: 

 “God schiep daarop de mens als zijn evenbeeld. Als man en vrouw schiep Hij hen.”
Genesis 1:27

 Mensen zijn de enige wezens op deze aarde die geschapen zijn naar het beeld en de gelijkenis van hun Schepper. De mensen die zich niet met het geloof bezighouden beweren dat de mens slechts een dier is dat iets hoger op de ladder van het evolutieproces staat dan de niet-denkende dieren. Maar de Bijbel ziet dat anders en leert ons dat de mens en de dieren wezenlijk verschillen. Het grote verschil is wellicht dat de mens is uitgerust met een geweten en het vermogen om rationeel te denken. Dieren leven met hun instinct maar een mens leeft met de stem van God en het licht dat God ieder mens geeft.

 “Dit was het waarachtige Licht, Hetwelk verlicht een ieder mens, komende in de wereld.”
Johannes 1:7 Statenvertaling

 De dag waarop God de mens schiep eindigt dan ook iets anders dan alle dagen daarvoor. Alle andere dagen keek God naar Zijn scheppende werk en zei dat het ‘goed’ was, maar deze dag ziet God anders. Zijn werk was niet gewoon ‘goed’, maar ‘heel goed’.

 “Toen overzag God alles wat Hij gemaakt had en het was heel goed.
Genesis 1:31

 Uit het feit dat we naar het evenbeeld van God zijn geschapen, kunnen wij twee conclusies trekken. De eerste conclusie is dat het leven dat we verondersteld zijn te leven, een leven in de volheid van Gods hemelse licht, alleen ervaren kan worden in een relatie met God. Het is onmogelijk om een goed beeld van God te krijgen of ook maar een begin te maken Hem te begrijpen, zonder dat we een relatie met Hem hebben. In tegenstelling tot de dieren hebben wij het unieke vermogen om God waarlijk te kennen, met Hem te praten en op een intieme manier in gemeenschap met de Drie-eenheid te leven.

 Blijf dicht bij Mij, dan blijf Ik in jullie. Net zoals een rank alleen maar vrucht kan dragen als hij aan de wijnstok zit, kunnen ook jullie alleen maar vruchtbaar leven als jullie in Mij blijven. Ik ben de wijnstok en jullie zijn de ranken. Als jullie in Mij blijven en Ik blijf in jullie, brengen jullie veel vrucht voort. Want zonder Mij kunnen jullie niets doen. 

Wie niet in Mij blijft, wordt weggegooid als een waardeloze rank en zal verdorren. Samen met andere dorre ranken wordt hij in het vuur gegooid en verbrand. Maar als jullie één met Mij blijven en mijn woorden niet vergeten, kunnen jullie vragen wat jullie willen en het zal gebeuren. Door veel vrucht te dragen, bewijzen jullie mijn leerlingen te zijn. Daardoor wordt duidelijk hoe glorierijk mijn Vader is.
Johannes 15:4-7 

De Bijbel vertelt ons dat mensen in het bijzonder voor God zelf gemaakt zijn.

 Want door Jezus heeft God alle dingen in de hemel en op de aarde gemaakt: de zichtbare dingen en de onzichtbare dingen, alles wat heerst en macht heeft. Alles is door Hem en voor Hem gemaakt.
Colossenzen 1:16 (Basis Bijbel)

 Luister goed: de Here heeft mij voor Zichzelf bestemd, daarom zal Hij naar mij luisteren en mij antwoord geven wanneer ik tot Hem roep.
Psalm 4:4 (Het Boek)

 Het is dus geen wonder dat alle mensen, of ze nu in God geloven of niet, een religieus verlangen of bewustzijn hebben. Wij kunnen deze verlangens ontkennen of verdoven met allerlei pseudogoden, maar diep van binnen verlangt ieder mens naar de relatie met God, want zo heeft God het gemaakt. In het boek Handelingen 17:2-32 lezen we hoe Paulus een groep filosofen in Athene op deze waarheid wees:

 Paulus antwoordde: “Mannen van Athene, ik zie dat jullie veel ontzag hebben voor de goden. Want ik heb heel veel heiligdommen in jullie stad gezien. Ik heb zelfs een altaar gevonden waarop staat: ‘Voor de onbekende god’. Over die God kom ik jullie vertellen. Jullie aanbidden Hem nu zonder dat jullie weten wie Hij is. Maar Hij is de God die de wereld en alles heeft gemaakt. Hij is de Heer van hemel en aarde. Hij woont niet in tempels die door mensen zijn gemaakt. Hij laat zich ook niet door mensen dienen omdat Hij Zelf iets nodig heeft. Want Hijzelf geeft aan iedereen leven en adem en alles. Hij heeft uit één enkele mens alle volken gemaakt om over de hele aarde te gaan wonen. Hij heeft de grenzen vastgesteld van hun woongebieden. Hij heeft bepaald wanneer en hoelang zij zouden bestaan. En Hij wil dat de mensen Hem zoeken. En als ze Hem zoeken, zullen ze Hem vinden. Want Hij is niet ver bij ons vandaan. Want wij leven, bewegen en bestaan dankzij Hem. Dat hebben ook jullie eigen dichters gezegd: ‘Wij lijken ook op hem.’ Wij lijken dus op God. Dan moeten we niet denken dat Hij een gouden of zilveren of stenen beeld is dat door mensen is gemaakt. Vroeger stond God het toe dat wij niets van Hem af wisten. Maar nu zegt God dat alle mensen in Hem moeten geloven en moeten gaan leven zoals Hij het wil. Want op een dag zal Hij over alle mensen van de aarde rechtvaardig rechtspreken. Hij heeft een Man aangewezen om op die dag Rechter te zijn. Om iedereen te bewijzen dat Hij díe Man heeft aangewezen, heeft Hij Hem uit de dood teruggeroepen en weer levend gemaakt.”

 De tweede conclusie die we kunnen trekken is dat we ons leven zouden moeten inzetten om Gods beeld te weerspiegelen aan een toekijkende wereld. Er is veel geschreven over wat het betekent om naar Gods beeld geschapen te zijn. Maar wellicht kunnen we dit het beste zien als onze missie en ons doel voor dit leven. Als wij in relatie met God leven, kunnen wij Zijn beeld zuiver weerspiegelen. Dat we het beeld van God in ons meedragen is niet alleen een beschrijving, maar ook een opdracht om dat beeld zo goed en zuiver mogelijk door te geven.

Laat een bericht achter:

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees de nieuwe Oppepper

Thuis of op je werk, een Oppepper maakt je sterk

Klik hier